GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1987 - pagina 425

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1987 - pagina 425

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Links: Rudolf Steiner(1861-1925): 'Geen antwoord aan Mondriaan.' Pieter Cornelis Mondriaan (1872-1944): 'Gevoel voor oneindige nuances.'

Anders dan bij zijn iets jongere Nederlandse tijdgenoot Piet Mondriaan (18721944), die eveneens de invloed van theosofische ideeën onderging, lag echter voor Kandinsky in de schilderkunst de grens van de abstractie lange tijd bij geometrische composities. In zijn ogen waren deze 'te decoratief van aard om als voertuig van spirituele beleving te dienen. Later herzag hij zijn mening en nam hij zelf geometrische figuren in zijn werk op. Mondriaan daarentegen sloot omstreeks 1910/1911 met zijn bekende Evolutietriptiek de fase af waarin zijn theosofische belering nog duidelijk herkenbaar was. Daarna wijdde hij zich hoofdzakelijk aan zijn abstracte composities, waarin hij - althans volgens de uitleg van The Spiritual in Art - met het gebruik van loodrecht op elkaar staande lijnen en de combinatie van een beperkt aantal kleuren in rechthoekige vlakken het spel van kosmische dualiteit en de achterliggende, geometrische eenheid tot uitdrukking beoogde te brengen.

H

oewel al langer bekend was dat Mondriaan lid was van de Theosofische Vereniging en zich later sterk verwant voelde met de hiervan afgesplitste antroposofische beweging van Rudolf Steiner (1861-1925), Over Mondriaan en de herwaardering heeft Blotkamp op een symposium in het Haagse Congresgebouw onlangs meer van zijn abstracte werk in het kader van The Spiritual in Art, praat ik na met Ca- licht gebracht in deze verhouding. Blotkamp: "Mondriaan heeft nooit veel respons gehad vanuit de hoek van theosofie en antroposofie, waar hij in opvatting en levensovertuiging wel bijhoorde. In 1921 heeft hij een brief geschreven aan Steiner, waarin hij uitsprak dat zijn (Mondriaans) kunst de ware kunst was voor theosofen en antroposofen. Hij veronderstelde dus dat Steiner en hij op dezelfde lijn zaten en vroeg hem om een reactie. Van Steiner is daarop echter taal noch teken gekomen, wat Mondriaan erg heeft rel Blotkamp, hoogleraar in de kunstgeteleurgesteld. Wanneer hij hieraan later schiedenis van de nieuwste tijd aan de wordt herinnerd door zijn geestverwant VU en één van de deskundigen die aan de Theo van Doesburg, houdt hij een tirade opzet van deze tentoonstelling hebben tegen Steiner en verwerpt hij mét hem algewerkt. "Illusies maken een belangrijk le theosofen, antroposofen, filosofen en deel uit van de kunstappreciatie", antanderen die religieus 'angehaucht' zijn woordt Blotkamp nuchter op de vraag of als mensen die eenzijdig en eigenwijs de opbloei van de belangstelling voor zijn." Mondriaan duidt op een beter begrip van zijn werk. "Deze tentoonstelling geeft voor een breder publiek een soort hou- Behalve de omstandigheid dat Monvast. Het geeft een heleboel mensen de driaan, die zich interesseerde voor wat illusie dat ze nu begrijpen waar die verf- de mensen geestelijk bond en niet voor vlekken en die vlakjes over gaan, wat wat hen scheidde, antroposofie en theotoch ook voor een belangrijk deel een il- sofie op één lijn stelde in zijn brief aan lusie is. Maar goed, de kunstappreciatie Steiner, zou het uitblijven van diens reacleeft bij de gratie van de illusie. Ik sta er tie te verklaren zijn vanuit zijn kunstecht niet voor in dat al die honderdduitheorie. "De geschiedenis van de abzenden die langs een Rembrandt paradestracte kunst," zet Blotkamp uiteen, "is ren, deze zouden kunnen onderscheiden door de antroposofen en andere 'spirituevan de eerste de beste reproductie of een le gelovigen' nooit serieus genomen; ze derderangs vervalsing." is ook nooit in hun ideeënwereld opgeno-

'In de literatuur uit antroposofische kringen wordt het abstracte werk van Mondriaan en anderen beschouwd als gevoelloos.'

26

men. In de literatuur uit die kringen wordt het abstracte werk van Mondriaan en anderen beschouwd als gevoelloos. Steiners organische kunstopvatting is altijd gepresenteerd als het ware tonicum tegen het 'kille functionalisme' van de abstracten." In vergelijking met deze afwijzing duidt de herwaardering van Mondriaan in het kader van The Spiritual in Art volgens Blotkamp dan ook op een opmerkelijke smaakverandering: "De sfeer rond de tentoonstelling geeft aan dat de antroposofen deze vorm van kunst nu als het ware confisceren. Ik geloof dat je een dergelijke tendens verder ook in de reacties van anderen ziet. Weliswaar zijn er hele kritische reacties, sommigen hebben laten blijken dat ze de hele tentoonstelling maar 'klef en 'onzin' vinden. Maar anderen zeggen bijna met triomf: Zie je wel, zelfs aan die grote kunst liggen onze ideeën ten grondslag."

W

aarmee wij tot slot weer aanlanden bij de eerder genoemde 'geestelijke-kompasfunctie' van The Spiritual in Art en de vraag of er een scheidslijn kan worden getrokken tussen 'echte' abstracte kunst en de 'telegrammen van het hogere', zoals een criticus het goedbedoelde spirituele amateurisme heeft aangeduid van de Zweedse antroposofe Hilnm af Klint (1862-1944), die in trance schilderde. Blotkamp: ' 'De kunst die Steiner propageerde en die zijn volgelingen sindsdien hebben uitgevoerd, met al die geestesverschijningen die uit kleursluiers naar voren komen, vind ik voor het grootste gedeelte kitsch. Ook Hilma af Klint demonstreerde een rijkelijk naïeve opvat-

VU-MAGAZINE - NOVEMBER 1987

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's

VU Magazine 1987 - pagina 425

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1987

VU-Magazine | 485 Pagina's