GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 471

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 471

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Domela als van zelfkritiek te ontdekken. Jan Romein: "Niemand komt tot zulk een - volkomen onbewuste - predikant. zelfverheerlijking als waarvan Domela's gedenkschriften getuigen, tenzij dan iemand, die zijn voortdurend schuldbesef verdrongen heeft juist omdat het hem voortdurend pijnigde. Schuldbesef, dat zich voor zijn bewustzijn omzet in verantwoordelijkheidsbesef voor het leed van anderen." Binnen het jaar kreeg Domela Nieuwenhuis een beroep naar Beverwijk. Na twee jaar huwelijk overlijdt zijn vrouw in het kraambed na de geboorte van hun tweede kind. In de negentiende eeuw was dat geen uitzondering. Bij twee procent van de bevallingen stierf de moeder; vrouwen hadden een kans van acht procent om tijdens één van hun bevallingen te overlijden. De doodsoorzaak van vrouwen tussen vijtien en vijfenvijftig jaar had in een kwart van de gevallen te maken met zwangerschap en bevalling. Johanna Lulofs was niet de enige die in het kraambed stierf; Domela Nieuwenhuis trouwde in totaal vier keer. De eerste drie echtgenotes overleden allemaal in het kraambed. Naar aanleiding van de dood van zijn eerste vrouw schrijft hij: "Door dit sterfgeval is naar mijn overtuiging de grond gelegd voor mijn breken met het geloof."

den man? Was het soms om te kennen te geven, dat de vrouw spoediger klaar is om alle aarzeling te overwinnen en den knoop door te hakken? De vrouw vervult in het verhaal de hoofdrol, gunstig afstekend bij den man, die hier optreedt als een goedaardigen slungel, want toen de vrouw gegeten had van de vrucht, toen nam hij wat de vrouw hem gaf zonder verzet, alsof hij zeggen wilde: als zij het mij geeft, zal het wel goed zijn."

A

ls hij drieëntwintig jaar is wordt Domela Nieuwenhuis predikant in Harlingen waar hij zich vlak na zijn huwelijk met Johanna Lulofs vestigt. Hij vindt zichzelf eigenlijk nog te jong voor een dergelijke functie: "Eigenlijk is het onverantwoordelijk hoe men den jongen theoloog, en ook den jongen jurist, de wereld inzendt, geheel onervaren en onvoorbereid, want praktische kennis heeft hij zoo goed als niet verkregen." Dat Domela koos voor het beroep van predikant had zeker te maken met zijn vader, tegen wie hij hoog opzag. De historicus Jan Romein, die Domela Nieuwenhuis een plaats gaf in Erflaters van onze beschaving, veronderstelt dat hierin "de wortels van het schuldgevoel lagen waaruit, psychologisch gezien, zijn hele loopbaan logisch lijkt voort te vloeien." Romein stelt dat Domela zich zelfs op het eind van zijn leven van geen schuld en geen fout bewust is, In de autobiografie Van christen tot anarchist valt geen spoortje VU-MAGAZINE—DECEMBER 1988

n zijn derde gemeente kwam Domela Nieuwenhuis in conflict met de kerkeraad door zijn besluit Hemelvaartsdag af te schaffen. Voor een modern mens had die geen zin meer. Bovendien vond hij Hemelvaartsdag een herhaling van Pasen en hij vond het niet nodig tweemaal hetzelfde te doen. Toen Domela naar zijn derde gemeente - in Den Haag - ging, meldde hij zijn bezwaren omtrent Hemelvaartsdag. Maar de eerste keer dat die dag zich voordeed, stond zijn naam op het preekrooster vermeld. Eerst probeerde hij bij collega's of zij zijn dienst niet wilden overnemen. "Maar zij wilden mij er liever in laten loopen dan mij van dienst te zijn bij een gewetensbezwaar en dus zij weigerden." Ook de kerkeraad wenste niet aan het verzoek om vrijstelling wegens gewetensbezwaar te voldoen. Domela Nieuwenhuis vond zichzelf niet geloofwaardig als hij zou preken op een dag die hij zelf als niet-christelijke feestdag had aangemerkt. Uiteindelijk was een hervormde, orthoxe predikant bereid de plaats van Domela in te nemen. Deze predikant verkondigde echter dat hij het prees in Domela Nieuwenhuis dat deze zo principieel was in zijn afwijzing, maar vond dat hij dan ook een stap verder moest gaan en de kerk verlaten. "Zeer juist en konsekwent was dit." Maar vooralsnog zette Domela die stap niet. Toch valt uit zijn optreden als predikant al duidelijk af te lezen dat hij op een bepaalde manier niet paste in het gangbare beeld dat men van de predikant uit die tijd heeft. Soms preekte hij zonder een tekst uit de bijbel, hij doopte zonder

17

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 471

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's