GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1988 - pagina 95

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1988 - pagina 95

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

laag in september en oktober - de lente op het zuidelijk halfrond - en het herstel ervan in de maanden daarna. Een onverwacht en verwarrend verschijnsel waarvoor een goede verklaring ontbrak. De meetresultaten leken zo bizar dat de Britten tot 1985 wachtten voor zij er ruchtbaarheid aan gaven. Bij het Amerikaanse ruimtebureau NASA meldde de computer dat de alarmerende gegevens van ozon-satelliet Nimbus-7 niet konden deugen. Jaarlijks groeide het ozongat boven de Zuidpool. In 1985 was de dikte met een derde afgenomen. De Britten luidden in dat jaar de noodklok, en pubhceerden een alarmerend rapport.

Experts opperden talloze natuurlijke oorzaken voor het slinken van de Antarctische ozonlaag. Zo was het zeewater op het zuidelijk halfrond de laatste jaren een tikje warmer geworden. Ijsbergen smolten daardoor af en winden bleken te draaien. Wellicht voerden die nieuwe luchtstromen het ozon weg van de zuidpool. Anderen staken de beschuldigende vinger uit naar de Mexicaanse vulkaan El Chichón. De pluim van stof die deze berg bij de uitbarsting van 1982 uitstootte, had de loop der zui-

D

e discussie over de oorzaken van het gat in de ozonlaag duurt al jaren. Twee Amerikaanse onderzoekers maakten in 1974 bekend dat bepaalde in de industrie populaire gassen de beschermende laag van de atmosfeer konden aantasten. Die gassen, de zogenaamde chloorfluorkoolwaterstoffen kortweg cfk's, werden toentertijd vooral gebruikt als drijfgas in spuitbussen. De Amerikaanse overheid

Niemand had verwacht dat dit maagdehjk Antarctica een sleutelrol zou gaan spelen in een wereldwijd milieudrama. deed de gevaarlijke verstuiver in de ban. In Europa deed de consument hetzelfde. Nieuwe wetenschappelijke theorieën bestreden dit type doemdenken echter; de atmosfeer was stabieler dan gedacht en misschien viel het allemaal wel mee. In 1984 meenden de Nederlandse spuitbusfabrikanten zelfs dat hun produkt van blaam was gezuiverd en verheugde men zich in de hernieuwde groei van de markt. En niet alleen zij verheugden zich; cfk's waren inmiddels ook ontdekt door allerlei andere fabikanten. Men stopte het gas in koelkasten, blies er de belletjes mee in schuimplastic en gebruikte het voor het reinigen van kleding en fotografische apparatuur. Het bericht dat er toch iets met de ozonlaag aan de hand was, kwam voor velen dan ook als een vervelende verrassing.

delijke winden voor enkele jaren drastisch in de war geschopt. Maar de wetenschappers die de weerbarstige natuur de schuld gaven, delfden het onderspit: het zeewater kreeg weer zijn normale temperatuur en hoewel het stof van de vulkaan was neergedwarreld, bleek het gat niet te zijn verdwenen. De ozonlaag boven Halley Bay was het afgelopen jaar zelfs dunner dan ooit. Toch ontbreekt nog steeds een definitieve verklaring en zijn er nog altijd deskundigen die geloven dat het allemaal vanzelf wel weer goed komt. Een snel groeiende meerderheid meent echter dat de luchtvervuiling schuldig is aan het ozonprobleem. De Britse onderzoekers gaven bij het bekendmaken van hun ontdekking al direct de cfk's de schuld. Zij hadden in de loop der jaren steeds meer van dit gas boven Antarctica aangetroffen.

M

aar het bewijs was nog niet sluitend. Uitgebreide poolexpedities volgden om meer gegevens boven tafel te krijgen. Amerika, dat zich nog een beetje schaamde het gat over het hoofd te

hebben gezien, stuurde vorig jaar honderdvijftig onderzoekers naar het zuidelijkste puntje van Chili. Met spionagevliegtuigen stroopten zij de wijde omgeving af, op zoek naar de oorzaak van het gat. Bij terugkomst liet de expeditieleider. Bob Watson, een tekening van de ozonlaag zien. Het gat strekte zich uit boven een groot deel van het Antarctische vasteland. De ozonlaag zag er daar vlekkerig uit: soms heel dun, en even verderop weer iets dikker. Op de plaatsen waar de laag het dunst was, troffen de onderzoekers steeds de meeste cfk's. Ozonvernietiging blijft de laatste tijd niet beperkt tot het zuidpoolgebied. Rond de gehele aarde wordt de ozonlaag elk jaar bijna een procent dunner. Langzaam maar zeker verdwijnt de beschermende mantel rond VU-MAGAZINE—MAART 1988

de aarde. Dat is tenminste de uitkomst van Amerikaans onderzoek. Op een symposium over ozon, een maand geleden in Utrecht gehouden, beklemtoonde professor Paul Crutzen, onderzoeksleider van het Westduitse Max Planck Institut für Chemie, de ernst van de zaak. Hij gaf toe niet te weten of de vermindering een tijdelijk verschijnsel is, maar noemde collega's die de invloed van luchtvervuiling niet willen erkennen verstokt. De tijd ontbreekt echter om te wachten op nauwkeuriger onderzoek en betere theorieën. De gevolgen van de nog steeds groeiende cfk-uitstoot zouden weleens onomkeerbaar kunnen zijn. Dr Lucas Reijnders van de Stichting Natuur en Milieu, berekende de gevolgen van het ozongat. Hij presenteerde zijn resultaten op het congres over ozon te Utrecht. "De ultravioVU-MAGAZINE—MAART 1988

lette straling is in de Antarctische lente tien maal zo sterk als normaal", becijferde hij. "De kans op huidkanker bij blanken neemt daardoor enorm toe". Donkere rassen lopen volgens Reijnders veel minder gevaar omdat het pigment in hun huid de straling tegenhoudt. De bewoners van Antarctica moeten het nu al ontgelden. Pinguïns, vogels en algen hebben zich najaren evolutie geleidelijk aangepast aan de extreme kou en droogte. Plotseling komt daar nu in het voorjaar een hoeveelheid ultraviolette straling bij, juist in de tijd dat veel soorten zich voortplanten. Hoe groot de schade zal zijn, valt nog niet te overzien, maar één ding is zeker: aanpassing aan de gevaarlijke straling is onmogelijk. Reijnders: "De mens kan zich misschien elke dag in zonneolie baden en een zonnebril opzetten. Een pinguin niet". Nu al

loopt de jaarlijkse schade over de gehele wereld in de miljarden guldens. "Maatregelen zijn dringend nodig", verklaarde Reijnders. "Maar je kunt maatregelen nemen vanuit het standpunt van een brillenverkoper óf van een pinguin".

W

at die maatregelen betreft: Minister Nijpels heeft dit jaar een afspraak gemaakt met spuitbusfabrikanten. Over twee jaar moeten de cfk's uit de meeste spuitbussen zijn verdwenen. Alleen voor bepaalde onmisbare toepassingen geldt een uitzondering. Een mijlpaal? We zijn er nog lang niet. De meeste cfk wordt gebruikt voor schuimrubber, koelkasten en chemisch reinigen. Het zoeken naar vervangende stoffen verloopt moeizaam. Toch heeft ook de Nederlandse re5

Onderzoekers op de zuidpool constateerden een verdunning van de ozonlaag bij het begin van de lente. Foto's ABC

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1988 - pagina 95

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1988

VU-Magazine | 496 Pagina's