GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 151

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 151

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zelfoverschatting is wel het laatste waaraan de Groningse emeritus-hoogleraar Hans Tolhoek lijdt. Dat zal ieder die hem ook maar een beetje kent, geneigd zijn te beamen. De superpositie van Tolhoek, uit de kop van dit artikel, is dan ook allesbehalve een verwijzing naar een in eigen ogen vooruitgeschoven post in wetenschap, kunst, of enige andere in het oogspringende branche van het maatschappelijk leven. Tolhoek won met zijn wetenschappelijk werk nimmer de Nobelprijs en zijn schilderijen hangen niet in het Stedelijk. Nee, de superpositie van de kritische kernfysicus, vredesactivist en zondagsschilder/beeldhouwer Hans Tolhoek, is een begrip uit de quantummechanica, dat hij op lucide wijze weet toe te passen op de relatie tussen bijvoorbeeld wetenschap en kunst.

U

it de moderne quantummechanica is bekend dat de natuurkundige, voor het beschrijven van één en hetzelfde systeem, soms zowel de begrippen 'golf' als 'deeltje' gebruikt. Dat lijkt tegenstrijdig. Maar niettemin is dit 'dualisme' een wezenlijk element in de quantummechanica. Bovendien speelt hierbij een rol dat de waarnemer, dóór zijn waarneming, het waargenomene beïnvloedt. Aan deze dualiteit van 'golf' en 'deeltje' heeft de vermaarde Deense fysicus Niels Bohr (1885-1962) in zijn tijd al aandacht besteed. Schijnbaar tegenstrijdige beschrijvingen, zo stelde hij, kunnen 'complementair' zijn, elkaar aanvullen. Daartoe is echter grondige analyse van het waarnemingsproces een eerste vereiste. Een consequentie van deze dualiteit is ook dat men in de fysica de pretentie van exacte voorspellingen zal moeten laten varen; men zal zich tevreden moeten stellen met waarschijnlijkheden. Ook Niels Bohr heeft destijds al gewezen op de bruikbaarheid van het complementariteitsbegrip buiten de fysica. Op een congres van ethnologen bepleitte hij het nut van deze zienswijze voor Westerse onderzoekers van uitheemse culturen, die al dan niet bewust het eigen cultuurpatroon in hun werk verdisconteren; een analogie dus van de waarnemer in de quantummechnica. De onderzochte en de onderzoekende cultuur zijn, in dé visie van Bohr, complementair in die zin, dat - hoe waardevol elk afzonderlijk ook mag wezen - ze niet tot elkaar te herleiden zijn. De schijnbaar tegenstrijdige begrippen uit de quantummechanica kunnen, via de complementariteitsgedachte, niettemin gelijktijdig van nut zijn; een synthese is dus in principe mogelijk. En in dat geval spreekt men dan van een 'superpositie'. Het is deze synthese van, op het eerste gezicht, onverenigbare informatie, waarop Bohr doelde in zijn rede tot de ethnologen. Tolhoek sluit zich aan bij de gedachte van zijn illustere voorganger. Zo'n synthese - een samenvoeging van uiteenlopende culturen tot een nieuw geheel - meent hij te kunnen aanwijzen in VU-MAGAZINE—APRIL 1989

de Japanse samenleving. Veel Japanners, zegt Tolhoek, laten hun huwelijksvoltrekking verrichten in een Shinto-tempel, terwijl ze hun begrafenissen ritueel bij voorkeur laten begeleiden in een boeddhistische tempel; een fraai voorbeeld van een culturele superpositie.

Z

elf gaat Tolhoek echter nog een stapje verder. Als complementaire gebieden van de menselijke activiteit, kunnen we ook wetenschap en kunst beschouwen, stelt hij. Hier is analoog aan de redenering van Bohr - sprake van twee subculturen die in dit geval alleen niet geografisch zijn gescheiden. Wetenschap en kunst bezien op zeer verschillende wijze de werkelijkheid, en bieden daarvan vaak onderling strijdige beelden. Maar wie van de twee heeft de waarheid in pacht? Haast onontkoombaar heeft de wetenschap, met haar vermeend exacte zicht op de omringende werkelijkheid, steeds het primaat van het eigen gelijk geclaimd. Maar de vraag in hoeverre dat terecht is, en of een kunstzinnige verbeelding van de werkelijkheid niet evenzeer recht van spreken heeft, is nooit ondubbelzinnig te beantwoorden; dat antwoord zal te allen tijde worden bepaald door de vooraf bepaalde keuze voor één van de twee 'zienswijzen', Kortom; wat is waar? Is Pablo Picasso's verbeelding van de ellende die de burgeroorlog over . Spanje bracht, zoals te zien op het wereld-

'Voorspeilen kunnen we alleen met inachtneming van bepaalde onzekerheidsfactoren, Daaraan valt principieel niets te veranderen.' beroemde schilderij 'Guernica', minder 'waar' dan een exacte becijfering van dezelfde misère, vastgelegd in historische statistieken van aantallen doden en gewonden, en materiële schade? Een vraag waarop een antwoord naderbij komt, wanneer een 'synthese' tot stand komt van wetenschappelijke resultaten en kunstuitingen. In dat geval kan sprake zijn van een superpositie, analoog aan die in de quantummechanica en die met betrekking tot cultuurverschillen. Deze transplantatie van quantummechanische begrippen in de maatschappelijke werkelijkheid, is te vinden in het essay Wetenschappers, kunstenaars en maatschappelijk engagement, dat prof.dr. H.A. Tolhoek in de reeks van Kok/Agora deed verschijnen. Het boekje is een uitgewerkte versie van de rede die hij hield bij zijn afscheid als hoogleraar in de theoretische kernfysica aan de Rijksuniversiteit Groningen. 17

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 151

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's