GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 344

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 344

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

uitzondering sterk afwijzend tegenover alles wat met winti te maken had. Zij eisten van hun bekeerlingen een volledige breuk met deze 'afgoderij'. Tot 1971 was het praktizeren van het winti-geloof zelfs bij de wet verboden. Veel christenen bleven desondanks winti-rituelen uitvoeren, zij het dat dat in het diepste geheim gebeurde. De gevolgen van deze geschiedenis zijn nog merkbaar. Over winti wordt vaak in bedekte termen gesproken; vaak keuren mensen het winti-geloof af, voordat zij toegeven dat ze er toch wel iets aan doen. Toch denken de onderzoekers een goed beeld te hebben gekregen van de betekenis van de winti-cultuur. "De meeste gesprekken," schrijven zij, "verliepen enthousiast en stimulerend en we kwamen slechts een enkele keer echte stroefheid tegen."

'Praten over winti kan eigenlijk niet. Men zou het verbond tussen God en de mens verbreken.' De problemen die de onderzoekers zelf tegenkwamen, zullen ook voor een deel de oorzaak zijn van de onwetendheid die zij aantroffen bij veel hulpverleners. Onder de huisartsen met wie zij spraken, troffen zij nauwelijks uitgesproken negatieve oordelen over de waarde van winti in genezingsprocessen. De meesten gaven winti het voordeel van de twijfel. "De mensen worden niet slechter door een behandeling van een medicijnman," zei een huisarts, "maar soms worden ze er wel beter van." In de meeste huisartspraktijken kwam winti echter niet veel ter sprake. Volgens Quasar moet daaruit niet de conclusie getrokken worden dat de patiënten van de huisartsen geen problemen hebben die met winti te maken hebben, maar eerder dat die verborgen blijven. Een van de oorzaken zou de taal kunnen zijn, een probleem waarvan geen enkele huisarts zich bewust leek te zijn. Een eenvoudige illustratie van dit probleem is het verhaal van een Surinaamse jongen die voor het 34

eerst een winter in Nederland meemaakt en naar een Surinaamse dokter gaat met een vreemd gevoel dat hij alleen in het Sranan kan beschrijven. "Tintelingen," oordeelt de dokter. Onder hulpverleners in de psychiatrie en in de psychosociale zorg bleek de aanwezige kennis over winti al even rudimentair te zijn als onder huisartsen. Degenen die iets van winti weten en winti-rituelen in hun werk toepassen, zijn meestal zelf van Surinaamse afkomst. Een aantal hulpverleners wijst het gebruik van winti onomwonden van de hand. "Het gaat namelijk van iets heel anders uit: de stoornis ligt niet in de patiënt, maar buiten de patiënt," zei een psychiater. "Wij zeggen dat de stoornis in de patiënt ligt als reactie op zijn omgeving." De grootste groep hulpverleners staat welwillend tegenover winti, maar weet er domweg te weinig van om ermee uit de voeten te kunnen. Een Surinaamse hulpverleenster vertelde dat haar collega's patiënten soms rechtstreeks vragen of zij aan winti doen. "Dat is natuurlijk niet goed. Een kleine twintig jaar geleden was winti nog verboden in Suriname. Je vraagt hier toch ook niet hoeveel abortussen iemand heeft gehad!?" Dit soort misverstanden veroorzaakt grote en kleine problemen. Opvattingen over wat afwijkend gedrag is, zijn sterk cultureel bepaald. Wie dat niet inziet, loopt het risico mensen 'voor gek te verklaren' die dat niet zijn. Het gedrag van een psychiatrisch patiënt wijst pas op een geestesziekte als het afwijkt van wat in zijn cultuur normaal is. Met dit inzicht is het probleem echter niet opgelost; dat is het pas als hulpverleners voldoende kennis hebben van de winti-cultuur om daarover te kunnen oordelen. Zover is het nog lang niet - de meeste hulpverleners hebben in hun opleiding niets over winti geleerd en dat levert nog steeds irritaties op, bijvoorbeeld als Surinaamse patiënten weigeren een badkamer te gebruiken omdat ze voelen dat daar winti-rituelen hebben plaatsgevonden. "Soms weigeren ze zelfs een huis om die reden," zei een Nederlandse hulpverleenster. "Als je dat allemaal niet weet, dan denk je: je

moet niet zeuren, wees blij dat je een huis hebt."

J

e komt bij de huisarts met een probleem, maar de arts begrijpt je niet. Hij verwijst je door naar de psychiater, maar ook die begrijpt je niet. Als je niet uitkijkt, slik je binnenkort pillen en poeders, terwijl je probleem alleen maar groter wordt. Dat is volgens Quasar op dit moment de situatie waarin veel Afrosurinamers in Nederland zich bevinden. En daar zou iets aan gedaan moeten worden. Allereerst zou erkend moeten worden dat winti meer dan een godsdienst is. Quasar legt er in het onderzoeksverslag sterk de nadruk op dat winti een cultureel verschijnsel is. De rol die winti speelt bij de behandeling van ziekten maakt deel uit van deze cultuur. En ook in het leven van alledag, bijvoorbeeld in rituelen rond verjaardagen en feesten, hebben Afrosurinamers op allerlei manieren met winti te maken. De Nederlandse overheid ziet winti desondanks als een godsdienst. En omdat de overheid in het algemeen geen subsidie verleent aan godsdienstige activiteiten, valt alles wat met winti te maken heeft buiten de boot. Dat moet volgens Quasar dus veranderen. Winti zou erkend moeten worden als een alternatieve geneeswijze. Niet elke hulpverlener of huisarts hoeft zich de winti-cultuur tot in de finesses eigen te maken. Er bestaat immers al een heel circuit van wintikenners. De reguliere gezondheidszorg kent echter de weg niet in dit circuit en is dus niet in staat patiënten zo nodig door te verwijzen naar winti-genezers. Om daaraan een eind te maken moet er volgens Quasar een door de overheid gesubsidieerd winti-centrum komen. Zo zouden winti-genezingspraktijken toegankelijk gemaakt kunnen worden. Zoals ook andere alternatieve geneeswijzen dat zijn.D

Projectgroep Quasar, En boven de polder de winti. Een onderzoek naar de positie van Afrosurinamers in de Nederlandse gezondheidszorg. Verkrijgbaar voor f9,75 (excl. porto) via de wetenschapswinkel van de Universiteit van Amsterdam, tel 020-5254777.

VU-MAGAZINE—SEPTEMBER 1989

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 344

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's