GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 298

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 298

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Deze elite had haar handen vol aan de wederopbouw van de joodse gemeenschap na de verwoestingen van de pogroms en besteedde weinig aandacht aan de godsdienstige behoeften van 'de gewone man'. Zo ontstond er een gat in de markt en het was dit gat dat door het chassidisme werd opgevuld: het chassidisme gaf de ongeletterden een volwaardige plaats.

D

e stichter van de chassidische beweging, rabbi Jisroël Ba'al Sjem Tov, leefde van 1698 tot 1760. Over hem doen allerlei legendarische verhalen de ronde. Op school kon hij niet aarden. In plaats daarvan trok hij de bossen in. Op een van zijn tochten ontmoette hij een vreemdeling die hem in het geheim jarenlang onderwees. Een ander deel van zijn kennis werd de Ba'al Sjem Tov langs bovennatuurlijke weg onderwezen door de oudtestamentische profeet Achia. Pas op latere leeftijd begon hij zijn leringen aan de buitenwereld bekend te maken. De Ba'al Sjem Tov verzette zich

'Blijkbaar heeft God het goed met ons voor, want als het in één keer niet gelukt is, krijgen we een tweede kans.' vooral tegen de zaligmakende plaats die de studie in het gevestigde orthodoxe jodendom innam. De studie van de tora werd niet alleen als hoogste godsdienstig ideaal gezien, maar ook als enige weg naar het heil. God had zich immers teruggetrokken uit de wereld en was alleen nog maar in de tora aan te treffen. Volgens de Ba'al Sjem Tov was daarentegen de hele wereld vervuld van God zelf en waren er ook andere heilswegen. Hij legde vooral het accent op het gebed. Een ander thema dat door de Ba'al Sjem Tov benadrukt werd, was de leer van de goddelijke vonken. Volgens deze leer is het de levenstaak van elke jood om de goddelijke vonken in de schepping te verheffen tot hun oorsprong, door de goddelijke geboden in acht te nemen. Het ver32

heffen van de vonken kan in elke daad gebeuren, als er maar twee regels in acht genomen worden: de joods-wettelijke voorschriften moeten worden nagekomen en de handeling moet niet om zelfzuchtige redenen worden voltrokken. Het is bijvoorbeeld mogelijk al etend God te dienen, als er maar niet gegeten wordt vanwege het genot van de smaak. Zo bracht het chassidisme het heil weer binnen bereik van gewone joden. Een leven van studie was voor hen immers niet haalbaar, gebed en ascese wel.

M

et zijn beschrijving van de geschiedenis van het chassidisme onderbouwt Meijers de belangrijkste stelling van zijn proefschrift, de stelling dat "het orthodoxe jodendom gekenmerkt wordt door een structurele tegenstelling tussen rationalisme en mysticisme." De hoeksteen van Meijers' proefschrift is een begrip dat hij heeft overgenomen van zijn promotor Mart Bax, het begrip 'religieus regime'. Dit begrip kan omschreven worden als "een samenstel van onderlinge menselijke relaties dat gelegitimeerd wordt door religieuze ideeën en gepropageerd door religieuze specialisten". Met behulp van dit begrip heeft Bax geprobeerd duidelijk te maken - beter dan met begrippen als 'religieuze groep' of 'religieuze beweging' mogelijk is - dat religieuze groeperingen niet principieel verschillen van andere groeperingen. Ook religieuze ideeën, normen en waarden zijn afhankelijk van sociale omstandigheden. Meijers' stelling luidt nu dat er in het orthodoxe jodendom altijd een competitie bestond - en nog bestaat tussen twee soorten religieuze regimes, namelijk tussen een gevestigd, dominant, rationalistisch regime en een ondergeschikt regime waarin de mystiek een centrale rol speelt. "De mystici vormden een ondergronds religieus regime dat slechts van zich deed horen in tijden waarin de gevestigde orthodoxie niet voldoende machtsmiddelen bezat om dit regime te onderdrukken en waarin de behoefte aan hetgeen de mystici te bieden hadden groot was." De chassidische beweging is zo'n mystiek religieus regime. Ze kon

ontstaan omdat de gevestigde orthodoxie na de Chmielnicki-pogroms niet in staat was in de behoeften van veel joden te voorzien en evenmin de machtsmiddelen had om de beweging in de kiem te smoren. Het bestuurlijk apparaat van de joodse gemeenschap had immers machteloos gestaan tegen de pogroms en slaagde er maar heel moeizaam in zijn functioneren te hervatten. Daarmee had men het bovendien zo druk dat men aan de zorg voor andere dan organisatorische noden niet toekwam. De chassidische beweging kreeg daardoor de kans uit te groeien tot een concurrerend religieus regime met eigen organisatievormen. In de beginperiode stond de Ba'al Sjem Tov aan het hoofd van de hele beweging. Zijn opvolger, rabbi Dov Ber, legde veel meer de nadruk op kadervorming. Hij zond afgezanten naar nieuwe gebieden om er het chassidisme te verspreiden. In elk van deze gebieden ontstonden chassidische gemeenschappen, waarin de plaatselijke rebbe aan het hoofd stond. Het chassidisch leiderschap kreeg langzamerhand dynastieke trekken: het werd overdraagbaar van vader op zoon of van leraar op leerling. Er ontstonden verschillende dynastieën, die meestal genoemd werden naar de plaats waar de rebbe zetelde. De verschillende gemeenschappen ontwikkelden soms een eigen karakter en groeiden zelfs uit tot rivaliserende chassidische regimes. "Deze dynastievorming is een van de meest onbegrepen ontwikkelingen in het chassidisme," zegt Meijers in een gesprek waarin hij zijn proefschrift toelicht. "Het hof van een rebbe maakt soms echt de indruk van een fort, met kantelen en zo. De rebbe heeft ook geen stoel, maar een zetel, een soort troon. De rebbe is echt degene die de beweging leidt. Wat hij zegt, daar is geen verhaal op." Deze organisatievorm is het resultaat van een min of meer bewust beleid. De Ba'al Sjem Tov heeft zich sterk verzet tegen de economische elite die het in de gevestigde orthodoxie voor het zeggen had. Daarom heeft hij er bewust voor gekozen lekenbestuurders in de chassidische beweging geen plaats te geven. In plaats van een economische elite VU-MAGAZINE—JULI/AUG. 1989

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 298

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's