GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1989 - pagina 288

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1989 - pagina 288

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

werk en dergelijke was gevonden met stijlkenmerken die in Santorini niet waren aangetroffen. Maar hij meende, dat de ontwikkeling op Kreta nu eenmaal wat voorlag, zodat deze breuk geen tijdsverschil behoefde te impliceren. Tijdens de opgravingen van Akrotiri werd ontdekt, dat oude muren opnieuw waren opgebouwd, beschadigde muren waren hersteld en dat er nieuwe muren waren gebouwd. Dit leidde tot de visie, dat de vulkaanuitbarsting maximaal één generatie eerder was voorafgegaan door aardschokken, waarvan de gevolgen door de gevluchte maar nadien teruggekeerde bewoners weer waren hersteld. Daar in het opgravingsgebied geen skeletten en bijna geen kostbaarheden zijn gevonden, is het welhaast zeker, dat ook de uiteindelijke natuurramp door aardschokken werd aangekondigd, waardoor de bewoners opnieuw zijn gevlucht. Lange tijd is - ook door Marinatos - rekening gehouden met de mogelijkheid dat, tussen deze uiteindelijke vlucht van het eiland en de vulkaanuitbarsting, een langere periode heeft gezeten, die correspondeerde met de stijlperiode 'Laat Minoïsch IB'. Deze theorie is door Doumas echter weerlegd; er zijn in Akrotiri nooit aanwijzingen gevonden die bevestigen dat de huizen gedurende langere tijd leeg hebben gestaan.

richten over nieuwe vondsten niet verder dan de archeologische vakliteratuur. De ambities van Doumas, van wie in 1983 het helder geschreven maar ook wat ontnuchterende boek Thera, Pompeii of the ancient Aegean' verscheen, waren dan ook meer gericht op grondig (her)onderzoek dan op exploratie van naburig gebied, waar ongetwijfeld nog waardevolle ontdekkingen gedaan zullen worden. Het gewijzigde beleid van Christos Doumas heeft geen gevolgen gehad voor de aantrekkingskracht van Akrotiri op toeristen, ondanks het feit dat de prachtige muurschilderingen inmiddels zijn overgebracht naar het Nationaal Archeologisch Museum in Athene, Een bezoek aan Santorini is niet compleet zonder een tocht naar Akrotiri. I ot zijn dood heeft Spyridon Marinates volI hard in de mening, dat de catastrofale vulI kaanuitbarsting op Santorini plaatsvond rond 1500 v. Chr. Nadat de archeoloog in 1937 te Utrecht op de hoogte was gebracht van belangwekkende gegevens omtrent de uitbarsting van de circa vierhonderd meter hoge Krakatau in 1883, die een vloedgolf van 36 meter hoogte tot gevolg had, meende hij hiermee een betere indruk te krijgen van de verwoestende gevolgen van de ramp op Santorini. Marinatos schatte de hoogte van de oorspronkelijke vulkaan op 188 meter en meende dat de uitbarsting vier tot vijf maal groter is geweest dan die van de Krakatau. Vooral de vloedgolf van bijna tweehonderd meter hoogte, gepaard gaand met eventuele aardbevingen, zou verantwoordelijk zijn geweest voor de ondergang van het Minoïsche rijk, Reeds lang voordat Marinatos zijn hypothese wereldkundig had gemaakt, was het Evans opgevallen dat de in de negentiende eeuw op Santorini gevonden keramiek, uit de tijd voor de vulkaanuitbarsting, hoofdzakelijk behoorde tot een

stijl, die hij typeerde als 'Laat Minoïsch IA', terwijl zich hierna op Kreta nog een andere stijl - het 'Laat Minoïsch IB' - ontwikkelde. De voor Kreta fatale gebeurtenis, waardoor alle paleizen op dit eiland definitief werden verwoest - op dat van Knossos na - werd pas aan het einde van deze periode gedateerd. Er was dus sprake van een 'breuk' in de tijd, die precies zolang duurde als de periode van het 'Laat Monoïsch IB'. Daardoor kon de ramp op Santorini nooit onmiddellijk het einde betekenen van de Minoïsche beschaving. Marinatos gaf weliswaar toe dat op Kreta aarde-

Santorini en Thera 'Santorini' wordt door de Grieken veelal 'Thera' genoemd, dat in reisgidsen en op kaarten ook wel als 'Thira' wordt geschreven. De naam van het belangrijkste plaatsje op het eiland, 'Phira' of 'Fira', verschijnt echter ook als 'Thira' in de boeken, hetgeen verwarring in de hand werkt. De naam Santorini - in oudere Nederlandse boeken treft men ook 'Santorijn' aan - dateert uit de dertiende eeuw, toen het eiland in handen was van Venetiaanse aristocraten, en is een samenvoegsel van 'Santa Erini', een heilige, die omwille van het geloof in vrijwillige ballingschap was gegaan, 'Thera' is genoemd naar de zoon van Auteslon,

22

onder wiens leiding de Doriërs het eiland koloniseerden. Hij zou een afstammeling zijn van Kadmos, de zoon van koning Agenor in Tyros (Phoenicië) en een broer van Europa. Toen deze Europa door Zeus - die de gedaante had aangenomen van een stier - was ontvoerd, gaf Agenor zijn zonen opdracht om haar op te sporen. Hij verbood hen zonder haar terug te keren. Geen van de broers slaagde in de opdracht en uiteindelijk vestigden zij zich in verschillende landen. Deze mythologische achtergrond symboliseert de invloed vanuit het Nabije Oosten op Europa, met Kreta en de Cycladen (waartoe Santorini behoort) als belangrijke schakels,D

VU-MAGAZINE—JULI/AUG, 1989

Vooral de vloedgolf van bijna tweehonderd meter hoogte, zou verantwoordelijk zijn voor de ondergang van het Minoïsche rijk. Inmiddels is men ook tot het inzicht gekomen, dat de vulkaan of - daarmee wordt ook rekening gehouden -vulkanen op Santorini veel minder hoog zijn geweest dan de schatting van Marinatos. Hetzelfde geldt voor de vloedgolf. Uit onderzoek blijkt tevens, dat de meeste plaatsen op Kreta - met uitzondering van het door Marinatos onderzochte AmnissosI - niet door een vloedgolf maar door branden zijn verwoest. In het begin van de jaren tachtig neigden steeds meer historici en archeologen er dan ook toe om de vulkaanuitbarsting op Santorini los te zien van het einde van het Minoïsche rijk.

V

ooral geologisch onderzoek heeft de laatste jaren evenwel opzienbarende feiten aan het licht gebracht, die zowel voor de datering als voor het eventuele verband tussen beide dramatische gebeurtenissen van groot belang zijn, Marinatos zelf wilde met de conventionele koolstofdatering bewijzen, dat zijn op archeobeklemmende logische vondsten gebaseerde berekening van drukte. 23

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1989 - pagina 288

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

VU-Magazine | 484 Pagina's