GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1993 - pagina 61

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1993 - pagina 61

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Koos Neuvel

Willem Witteveen

'wMÊk

De jurist Willem W^itteveen is een kenner van retorica. De verbale begaafdheid, vindt hij, staat ten onrechte in een kw^aad daglicht. Daardoor is de Nederlandse politiek vaak zo saai. 'We stellen geen prijs op politici die helder kunnen formuleren. Nee, zo'n student die niets liever deed dan op het scherpst van de snede debatteren, was Willem Witteveen niet. Dat had praktische redenen: in de late jaren zeventig, toen hij student was, bestond er geen bloeiende debatcultuur. " N u " , merkt hij op, "zou ik ongetwijfeld lid van zo'n debatclub zijn. Wel hield ik mij in die tijd in Leiden veel bezig met theater en poëzie. Die belangstelling voor het theatrale heb ik altijd gehouden." WiUem Witteveen (1952), smds 1990 hoogleraar Encyclopedie der rechtswetenschap aan de Katholieke Universiteit Brabant, houdt zich bezig met taal, met de strategieën die mensen hanteren om elkaar te overtuigen. In 1988 promoveerde hij op 'Retoriek in het recht' (Tjeenk WiUink); een vuistdikke studie waarin Witteveen met imponerend intellectueel machtsvertoon inzichten uit de fdosofie, literatuur, het recht en de taalwetenschap met elkaar combineert. In vergelijking met zijn dissertatie is zijn meest recente boek 'Het theater van de politiek' (Amber, 1992) veel ingetogener. Het aantal voetnoten en verwijzingen is tot een minimum beperkt en op heldere wijze onderzoekt Witteveen het gedrag van politici en media aan de hand van concrete gevallen als de paspoortaffaire en het milieubeleid. Het oogt merk-waardig dat een jurist zich bezighoudt met politieke retoriek. Witteveen lijkt ietwat afgedwaald van zijn vakgebied. "In Leiden", verklaart Witteveen, "volgde ik een gecombineerde juridisch-poli tiekwetenschappelijke opleiding. Vervolgens werkte ik tien jaar bij de vakgroep staatsrecht. In het onderwijs werd ik geconfronteerd met het feit dat juristen met de taal heel veel kunnen. Ze spraken bijvoorbeeld over 'complementair bestuur', waarmee ze bedoelen: de wenselijke verhouding tussen hogere en lagere overheden. Dat complementaire bestuur was er nog helemaal niet en zou misschien ook nooit komen. Maar men deed alsof dat werkelijkheid was. Dat vond ik opmerkelijk. Juristen kunnen met hun taal heel goed mensen ergens van overtuigen. Vrij plotseling ontdekte ik de retorica. Daarmee kon ik ook gebeurtenissen in de politiek veel beter begrijpen dan met behulp van de gangbare pohticologie."

Willem Witteveen kreeg de gelegenheid een jaar onderzoek te doen. Dat jaar gebruikte hij om te lezen, hartstochtelijk veel te lezen. Hij verdiepte zich in de klassieken van de retorica; in Vlato bijvoorbeeld. "Plato stond zeer kritisch tegenover de retorica. Hij verzette zich tegen de sofisten die de mensen in Athene de handigheidjes van het spreken aanleerden. Dat was destijds zeer belangrijk om carrière te maken. N u m o e t j e econoom zijn, toen moest je goed kunnen spreken. De trucjes om een debat te winnen vergelijkt Plato met een kookboek, hij hield ook helemaal niet van kookboeken. R e torica is, net als de cosmetica die alleen de uiterlijke en niet de innerlijke schoonheid dient, een slechte kunst. Later hebben Aristoteles en de Romeinse retorici afstand van dat standpunt genomen." Toch heb ik de indruk dat Plato het in de geschiedenis gewonnen heeft. Ah nu wordt gesproken over een 'sofistische redenering', dan deugt er iets niet. "Het woord 'retoriek' wordt steevast gebruikt in de combinatie 'hoUe retoriek'. Dat is heel frappant. Bij een woord als 'communicatie' knikt iedereen: heel mooi en heel belangrijk om daarover na te denken. Maar eigenlijk is communicatie ook retoriek. De oude retorica begon als een verzameling handigheidjes. Bij Aristoteles komt er reflectie bij over de ethische kanten van de retorica. Ik denk dat het goed is je ogen niet te sluiten voor de constructieve kanten van de retorica." m

Is de angst voor retoriek in zekere zin niet terecht? De vrees dat handige mensen met verbale trucs maar zwakke argumenten hun toehoorders voor zich weten te winnen, lijkt niet ongegrond. "Er zijn tal van redenen o m de retorica als een gevaarlijke kunst te beschouwen. Het gevaar van demagogie is heel reëel. De vraag is hoe daarop te reageren. Je kunt de retoriek omdat die zo'n gevaarlijke kunst is, geheel verbieden. Maar je kunt ook spelregels en instituties instellen opdat de gevaren getemd worden. Een mooi voorbeeld van een retorische situatie waarin het gevaar getemd is, is de rechtspraak.

15

v u MAGAZINE FEBRUARI 1993

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1993 - pagina 61

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's