VU Magazine 1993 - pagina 93

E Z o Israël is volgens Jeremia een blind, wild dier dat zich overgeeft aan seksuele uitspattingen. Vrouwelijke seksualiteit wordt afgeschilderd als onnatuurlijk en onvoorspelbaar, als dierlijk en aards. Zijn zulke bevindingen schokkend? Het valt wel mee,blijkt bij nader inzien. Dat er in het Oude Testament ook ruimte bestaat voor het dierlijke en aardse, voor vrouwelijke seksualiteit ook al is die niet geheel conform de eigentijdse ideeën, kan de profetische teksten alleen maar sympathieker en menselijker maken. Maar Brenner was toch een tikkeltje onthutst. Vrouwelijke seksualiteit afschilderen als dierlijk en aards, noemt zij pornografisch. De vrouw wordt tot object gemaakt. Ze gaat overigens niet zo ver zulke beelden te veroordelen; zo preuts wil ze niet zijn. Maar een ongemakkelijk gevoel bleef ze houden toen ze de parallellen begon te ont-

dekken tussen het Oude Testament en hedendaagse, pornografische romans. Tien jaar geleden had ze niet met dit verhaal naar voren durven komen. Maar het klimaat is veranderd. Het kan nu. Er kan gemorreld worden aan een taboe; schuchter en behoedzaam, want eigenlijk hoeft de onderzoeker niet zo nodig. Het Oude Testament wordt ietsje verder ontheiligd, maar niet voor iedereen is zoiets een opluchting, (KN)

C H T

Halsband Marie-Louise en Hellas, en twee jongere soortgenoten, hebben een halsband met satellietzender om gekregen. De vier olifanten zijn door een team van onderzoekers en vangers verdoofd, waarna ze de halsband, afkomstig van het Leidse Centrum voor Milieukunde, omgestrikt kregen. De zender met antenne zendt signalen uit die door een satelliet opgevangen worden. Met ieder signaal wordt informatie uitgezonden over het identificatienummer van de olifant, luchttemperatuur, het activiteitenpatroon van het dier en de lokatie, tot op vijfhonderd meter nauwkeurig. Het apparaat is heel diervriendelijk. De olifanten wennen snel aan de halsband. Bovendien is in de halsband een mechanisme ingebouwd waardoor die band na een bepaalde periode afvalt en het dier niet levenslang tot de halsband veroordeeld is. Een verfijnd staaltje technisch vernuft. Het doel ervan is het in kaart brengen van ruimteconflicten tussen olifanten en kleine boeren in Noord-Kameroen. Kuddes olifanten vertrappen namelijk de akkers van de lokale bevolking. Beide partijen dragen schuld aan dit conflict. Zowel de olifanten- als de mensenpopulatie groeit namelijk aanzienlijk en hierdoor laat men elkaar minder ruimte. Bovendien is door het aanleggen van een stuwdam in NoordKameroen een overstromingsvlakte uitgedroogd. Olifantenkuddes dienen daarom tot andere gebieden hun toevlucht te zoeken en op hun trekroutes doen zij zich tegoed aan de gierst- en maïsvelden van de lokale bewoners. Met behulp van de satellietzenders proberen de onderzoekers meer informatie te krijgen over de migratierou-

tes van de olifanten. Maar het beïnvloeden van die routes zal met deze apparatuur niet mogelijk zijn. Daarvoor is een ander type maatregel noodzakelijk: het herbevloeien van het oude overstromingsgebied, (KN)

worden beschouwd. De materiële en immateriële schade voor de slachtoffers is heel groot. Van deze 22 zijn er vier echte beroepscriminelen geworden. Op zestienjarige leeftijd hebben deze jongeren een aangepast toekomstperspectief: een carrière in de onderwereld lijkt in hun ogen aantrekkelijker dan een laag betaalde baan. Ze hebben maatschappelijk weinig te verliezen. Dat valt mee, zucht de onderzoeker. Het probleem is veel minder ernstig dan verwacht, concludeert hij. Maar over wiens verwachting gaat het? Voor hetzelfde geld kun je geschokt zijn door de resultaten: dat het zo erg is.

I Ratjes Een veel kleiner aantal maatschappelijk kwetsbare jongeren dan verwacht vertoont op den duur ernstig crimineel gedrag. Dat concludeert H.B. Ferwerda in zijn proefschrift 'Watjes en ratjes. Een longitudinaal onderzoek naar het verband tussen maatschappelijke kwetsbaarheid en jeugdcriminaliteit' waarop hij in Groningen gepromoveerd is. Eerwerda selecteerde op de basisschool voor zijn onderzoek 77 jongeren die 'maatschappelijk kwetsbaar' waren; daaronder rekent hij jongens met school- en opvoedingsproblemen. Hij volgde die jongeren gedurende een aantal jaren. Van de groep van 77, is de uitkomst van het onderzoek, doorlopen 22 jongens een ernstige criminele carrière. Zij pleegden in dhe jaar tijd 1700 delicten waarvan een derde als ernstig delict kan

Misschien dat de onderzoeker van de veronderstelling uitgaat dat een kind met een moeilijke jeugd onvermijdelijk wel in de misdaad terecht moet komen. Net zoals veel psycho-analytici vinden dat iemands jeugdervaringen van doorslaggevend belang zijn voor de vorming van een persoonlijkheid. Als het dan anders blijkt te zijn, kijkt de onderzoeker even vreemd op. Maar in dat geval zeggen de conclusies van een proefschrift meer over de onderzoeker dan over het probleem dat hij onderzocht heeft, (KN)

ILLUSTRATIES AAD MEIJER v u MAGAZINE M A A R T 1993

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen