GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1993 - pagina 167

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1993 - pagina 167

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

bruikbare landstaal. En dankzij het inmiddels sterk gestegen gemiddelde opleidingsniveau, zijn daar in veel gevallen nog diverse vreemde talen bijgekomen. Niks om over te m o p peren, dus. Turbotaai Een tweede constatering die Postma's onheilsprofetie v/eerspreekt, en die met tal van voorbeelden te adstrueren valt, is het feit dat dialecten zich tegenwoordig in een publieke belangstelling mogen verheugen, die juist groter is dan ooit tevoren. Het eigen taaltje waarvoor men zich, tegenover vreemden, in het verleden eigenlijk schaamde, en dat men om die reden bewust trachtte af te leren, wordt nu gekoesterd en soms zelfs tot het nadrukkelijk gebruikte symbool van een eigen subcultuur verheven, dat de onderlinge herkenning en het ons-kent-ons-gevoel bevordert. Die toegenomen belangstelling geldt in principe elke streek- of subtaal: van bargoens tot tale Kanaans en van gogen- en logenj argon tot plat Haags. Dialecten, of elementen daaruit, kunnen zo zelfs buiten de perken van het eigen verspreidingsgebied terechtkomen en onderdeel gaan uitmaken van de 'hoofdtaal'. En dat is en blijft - hoewel dit de taaipurist wel als vloeken in de kerk zal voorkomen - nu juist het aardigste kenmerk van elke levende taal. Zo alleen kan het gebeuren dat de in dialect gezongen liedjes van de Achterhoekse popgroep Normaal, in heel Nederland "oerend hard" worden meegebruld. Zo alleen is te begrijpen dat ook in de randstad en het zuiden de zalen volstromen als de Almelose droogkomiek Herman Finkers er zijn typisch Twentse flauwekul komt vertellen. Zo alleen lijkt het plotseling vanzelfsprekend dat een ingezonden-stukken-schrijver in de Volkskrant, zijn gram halend over alle verspilde moeite en energie die hij stak in het afleren van zijn regionaal "spraakgebrek", een scheepslading boze brieven over zich heen kreeg van gegriefde dialectsprekers. Zo alleen is ten slotte ook de populariteit te verklaren van boekjes over dialecten (Gronings en Drents bijvoorbeeld), streek- en stadstalen (Amsterdams en Haags onder meer), en zelfs subculturele talen (een onlangs verschenen boekje over studententaal zal ongetwijfeld zijn weg naar

het gretige niet-studerende publiek wel vinden, net als het v/erkje over turbotaai dat deed, waarmee auteur Jan Kuitenbrouwer een vermogen verdiende en waarvan inmiddels een tweede deel verscheen). N u gebiedt de eerhjkheid te melden dat Postma's spookbeeld inzake de toekomst van het Nederlands, niet on-weersproken is gebleven binnen de weledelzeer- en -hooggeleerde kringen waarin het maandblad 'Christen Democratische Verken-

ningen' wordt gespeld, al ging er ruim een jaar voorbij eer drs. CJ. Klop de pen greep om in het n o vembernummer van het vorige jaar Postma van repliek te dienen. Klops opvatting luidt dat een lingua franca helemaal geen schrikbeeld is. Wil men de Europese eenwording serieus nemen dan noopt dit "veeleer tot het bevorderen van een gemeenschappeUjke Europese standaardtaal (...) waarin de wezenlijke communicatie tussen mensen van de volgende eeuw, onze kinderen dus, zich zal afspelen." In het eerste nummer van dit jaar is de beurt aan politiek filosoof pro/', tfr. H.E.S. Woldring om in hetzelfde periodiek de nuance in deze kwestie te zoeken. Als een waarachtig CDA-er blijkt hij daarbij uit te komen ergens tussen de standpunten van Postma en Klop in. Zijns inziens is de angst van Postma ongegrond in zoverre, dat er "geen enkele reden (is) te suggereren dat de Nederlandse taal, evenals de andere talen in Europa, plaats moeten maken voor enkele dominante talen." Aan de andere kant: "Opkomen voor het behoud van een taal heeft niets met conservatisme te maken, maar alles met een respectvol en zorgzaam omgaan met

cultureel erfgoed en de identiteit van een cultuur". Draadjesvlees Een leuke discussie, kortom, in meesttijds onberispelijk, soms wat slaapverwekkend Nederlands (streektaal van het Haagse Binnenhof) gevoerd, waarvan de relevantie echter niet steeds even ondubbelzinnig is aangetoond. Want waarover heeft men het eigenlijk wanneer men vanuit de beste bedoelingen de eigen landstaal wil beschermen, of juist niet? Welke taal precies? Welke variant? Door wie en op v/elk moment gesproken? Het taaibegrip dat aan zowel het pleidooi voor grondwettelijke bescherming, als aan dat voor afschaffing en vervanging ervan door een of andere vorm van Esperanto, ten grondslag ligt, is volstrekt statisch. Wie taal wil conserveren en canoniseren, staat haar naar het leven en produceert uiteindelijk fossielen. In dode talen zijn slechts onwrikbare, starre denkbeelden te verwoorden. En wie voor een taal wettelijke bescherming opeist, verwoordt niets anders dan het recht op alle dagen aardappels met sju en draadjesvlees; een maal dat, als men zo'n beschermheer de kans geeft, hij vervolgens anderen tegen heug en meug, dag in dag uit tot aan het eind der tijden, door de strot zal blijven duwen. Taal leeft en is voortdurend aan veranderingen onderhevig, bijvoorbeeld onder invloed van contacten met andere levende talen. Dat dit op langere termijn tot taaivermenging op wereldschaal, en een afnemende verscheidenheid daaromtrent zal leiden, is niet uitgesloten, en wellicht net zo onontkoombaar als het eenmaal uitdoven van de zon. Taal kan gekoesterd worden, vernieuwd, verhaspeld desnoods, verminkt of verkracht, maar niet grondwettelijk beschermd. Wie daarnaar streeft dient eerst de dichter te doden.

v u MAGAZINE APRIL 1993

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1993 - pagina 167

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's