GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1994 - pagina 126

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1994 - pagina 126

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gert J. Peelen

Het gangbare beeld van de negentiende-eeuwse dominee-schrijver Franfois HaverSchmidt, is dat van een ongeneeslijke hypochonder. Er is reden dat beeld wat bij te stellen.

DE ZELFMOORD VAN ONVERBETEk Francois HaverSchmidt

Bij nader inzien ^vas HaverSchmidt eigenlijk een optimist: i e m a n d die, overigens tevergeefs, m e t hooggestemde idealen en positieve verwachtingen greep wilde krijgen op de maatschappelijke en godsdienstige ontw^ikkelingen van zijn tijd.

36 GAZINE

A

en Piet Paaltjens: obligate

llerwege is op en rond de negentiende januari herdacht dat een eeuw tevoren een Schiedamse predikant zich met behulp van een gordijnkoord aan zijn bedstee verhing. Een dominee die zichzelf van het leven berooft was, zeker in de negentiende eeuw, zo uitzonderlijk, dat over de doodsoorzaak nog lang alleen besmuikt gefluisterd werd; een omstandigheid die de legendevorming gestimuleerd zal hebben, met het paradoxale gevolg dat de herinnering aan deze suïcidale dominee tot op heden zeer levend is gebleven. Dat deze Francois HaverSchmidt niet in het vergeetboek raakte, vloeit ongetwijfeld vooral ook voort uit het feit dat hij onder het pseudoniem Piet Paaltjens bekendheid genoot als dichter van het tragi-komische genre van cabaretesk-studentikoze poëzie. Maar het is toch zeer de vraag of Paaltjens' poëzie, op basis van puur literaire kwaliteiten, ook zonder des dichters zelfgekozen levenseinde, de onsterfelijkheid deelachtig zou zijn geworden. Want de hoeveelheid leed die een kunstenaar tijdens zijn leven te verkroppen heeft gekregen, blijkt.

vereenzelviging.

naast de bij voorkeur dramatische omstandigheden waaronder hij de geest gaf, wel degelijk bij te dragen aan de mate van waardering die het doorsnee-publiek doorgaans slechts mondjesmaat voor de kunst en haar beoefenaars weet op te brengen. Bekendste voorbeeld van een kunstenaar die het na zijn dood, tegen wil en dank en deels op oneigenlijke gronden, tot algemeen vereerde publieksheld wist te brengen, is uiteraard Vincent van Gogh. Maar HaverSchmidt lijkt, zeker na de recente herdenkingen en de heruitgaven van zijn weinig omvangrijke letterkundige oeuvre, een eindweegs in dezelfde richting te komen.

Weltschmerz Het lijkt wat goedkoop om de voortlevende populariteit van een negentiende-eeuwse kunstenaar af te doen als voor een belangrijk deel veroorzaakt door de tragiek van diens leven, en een zekere hang bij het grote publiek naar valse romantiek en uitvergrote sentimenten. Maar bij HaverSchmidt lijkt zo'n redenering wel heel erg voor de hand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1994 - pagina 126

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1994

VU-Magazine | 484 Pagina's