VU Magazine 1997 - pagina 53
geest ten intuïtie ï
De kunstenaar als baby. Daar ligt hij, zojuist geboren, in zijn wieg. Zijn ogen koersen dronken door zijn kop, niet in staat meer te zien dan licht en donker, bewegende vlekken die hij niet bij machte is te volgen. De buitenwereld stroomt door hem heen zonder dat hij in staat lijkt daaruit iets vast te houden. Het is alsof zijn wild rondgraaiende handjes dat symboliseren. Maar na een paar weken treden al veranderingen op. De ogen proberen de bewegingen buiten hem te volgen, daarbij geholpen door geluiden die sommige bewegende objecten maken. Zijn handjes lijken zich gerichter te bewegen. Hij slaagt er zelfs zo nu en dan in iets vast te pakken. Voor het eerst plooit zich een glimlach om zijn lippen. Er is alle reden om aan te nemen dat wat zich daar in het schedeltje van onze kunstenaar afspeelt geen spel van het toeval alleen is, maar het tot ontwikkeling komen van doelgerichte processen. Is het zo vreemd om te veronderstellen dat de ontwikkeling van het brein door dezelfde principes beheerst wordt
als de algehele evolutie van de mens zoals die door Darwin is geschetst, die merkwaardige mengeling van toeval en doelgerichtheid, waarbij doelgerichtheid moet worden begrepen als iets dat voor de soort in een bepaalde leefomgeving op een zeker moment de beste overlevingskansen biedt. In het geval van ons kunstenaartje zou er dan sprake moeten zijn van een soort geïndividualiseerde en versneld verlopende evolutie. De bewegingen die uitmondden in het te pakken krijgen van een stukje van de buitenwereld werden wellicht als geheugenspoor in het brein geregistreerd. Zo zou er op basis van ontelbare toevallige graalbewegingen langzaam een netwerk van doelgericht gedrag ontstaan, van graaien naar pakken. De pakkans neemt toe, zou je kunnen zeggen. Zo ziet het er inderdaad uit. In een aantal recente publicaties over het ontstaan van het menselijk brein, onder andere van Gerald M.Edelman, wordt bovenstaande theorie in alle voorzichtigheid geopperd. Enerzijds wordt het individu bepaald door een aantal overgeërfde gene-
wcs
JANUARI/FEBRUARI
1997
53
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1997
VU-Magazine | 434 Pagina's