GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Behoort een christen in de komedie? - pagina 11

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Behoort een christen in de komedie? - pagina 11

drie pleidooien

1 minuut leestijd Arcering uitzetten

13

Wil een Christen dus

zijn

woord: „Ben ik mijns broeders hoeder", overnemen,

hatelijli;

dan moet

zijn

hij

God

jegens

met Kaïn saamgaan, en

niet

rechten kunnen afstaan of

betreffen,

,

als

geen plicht

zij

hy voor anderen de droeve

als

gevolgen bovenvermeld er van duchten kan.

Daarin

voor

ligt

hem

niet slechts de eenvoudige plicht der

christelijke broederschap,

eerbied jegens

Jezus in

't

maar ook

Hoe

Christus.

belang dier

ziel

dankbaarheiden

die van

zouden

!

wij

weten wat

en der onze heeft gedaan

terugschrikken voor de mogelijkheid

om

door

,

een recht, waarbij slechts ons vermaak, ons

ken

die

,

't

niet

gemak betrok-

de vrucht te vernietigen van den bloedigen

is,

,

gebruik van

strijd

Gethsémané en op Golgotha?

in

Paulus

vreesde dit zoozeer

zelf

,

dat

hij

zich beslist bereid

verklaart liever nooit meer vleesch te eten, als

dat

't

Meer

nog.

geloofde

hij

een voorschrift stelde, had

veel verder

:

„Medicijnmeester, genees uzelf."

gaande dan twijfelachtige rechten,

er uit liefde tot de zielen, twee opgeofferd, vrij

belangrijk Hij

feest:

hij

voorbeeld gezorgd geen gevaar te loopen,

zijn

men hem kon toevoegen

Immers, nog

had

eer

"Waarlijk,

de apostel door dat

hij

gebruik eenigszins het werk van Christus schaden kon.

had

recht

zijn

wat meer

dan het bijwonen van een heidensch

en wettig

op

een huwelijk en op een vast

inkomen laten varen.

Dat herinnert

hij

in

't

opoffering voor een zoo

Welk

9e hoofdstuk.

warm

een grootsche

en liefhebbend hart

als

't

afstand te doen van huiselijk genoegen, ten einde zich

bepaald aan

men

heil der zielen te wijden

niet te eischen,

handen 't

't

te

om

in plaats

!

zijne,

meer

Een geregeld inko-

daarvan

's

nachts met de

werken, na over dag gepredikt of gereisd te hebben

niet te eischen

,

schoon rede en Schrift er duizendmaal recht

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1881

Abraham Kuyper Collection | 61 Pagina's

Behoort een christen in de komedie? - pagina 11

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1881

Abraham Kuyper Collection | 61 Pagina's