De vleeschwording des woords - pagina 21

INLEIDING.

XVII

Hij had dienaangaande een somber voorgevoel.

nu

Thans,

ons

te zeer

al

man

niettemin

deed,

Kolil-

te zijn^ rest

die ons

Bohl voegt, en met warme voor de zake Gods

hij

poging

zijn

om

onder Gerefor-

banier een scheepje te laten uitvaren, dat zóó

en ongereformeerde, deels Roomsche,

onschriftuurlijke deels

is juis,t

ernstigste en ten nadrukkelijkste

ten

tegen

protesteeren

meerde

als Dr.

van het vele dat

waardeering

van Dr.

voorgevoel

gebleken

dan met de bescheidenheid

anders,

niet

tegenover een

te

sombere

dit

maar

brügge

Melanchtoniaansche, deels Philosophische lading

dekt.

lutusschen als

leide

Dr.

bedoelde

heele

niemand

het bovenstaande

uit

af,

Böhl mei voorhedachten rade deze ge-

ontwrichting van de Gereformeerde belijdenis te

aanvaarden.

Dit

volstrekt niet het geval.

is

Op meer dan en

persoonlijk

zonde

in

den

ééne bladzijde komt het

voor

zich

zelf

wil,

en

dat

hij

Roomsche anthropologie afkeurt en verwerpt; en constateeren we met dankbaarlieid. Ook bij hem zijn gelukkige inconsequeutiën. Toch ontneemt

dit

aan onze critiek

hij

geen zweem van

van

Immanuël weten

dat

uit,

in niets

de dit

haar recht.

Dr. Böhl treedt op met een Dogmatiek, niet met een persoonlijke

geloofsbelijdenis;

en

bij

een Dogmatiek,

een ieder zal het toestemmen, komt het juist aan, niet

op de druiventrossen

die ge aan de takken bindt, maar op den wortel waaruit ge de druiven laat wassen. Bij

een dogmaticus moogt ge u dus niet laten blind-

doeken

door

zijn

persoonlijke betuigingen,

maar 2

moet

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen