Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 11
de eerste bladzijde der tweede afscheiding
VOORREDE.
behoor
ik
IX
plichtsbetrachting der Besturen te eeren, en er mij naar te
de
gedragen, zoolang ik mij onder hun opzicht bevind.
Deze beginselen
Christus ontleend, en
De
gevolgd.
zijn
dan ook ten allen
tijde
door de ware martelaars
heden ten dage de Kerk in rep en roer brengt,
partij echter, die
tegenovergesteld gedrag geleid. Wij zwijgen van de leugen, door
een
heeft
aan Gods Woord, inzonderheid aan het voorbeeld vae
zijn
haar jaren lang gepredikt, alsof „de Synode" de hoogste wetgevende, recht-
macht
en besturende
sprekende
van
alsof
Christus,
zij,
is,
overleverde.
Christusverloochening
alsof
zich
zij
had gezet op den troon
met een souverein gezag bekleed, de Kerk aan de Wij hebben
thans
uitsluitend
het oog
op de ontelbare smaadwoorden, schandelijke voorstellingen, verguizende
waarmede de
schouwingen,
werden.
overladen
Kerkbestuurders
in
Als Kerkelijke waardigheidsdragers, als ambtenaars, als
dienaars Gods hadden
zij
aanspraak op
ontzag
liefde, eerbied,
het tegendeel van wie zich thans de beste Christenen noemen
voor
die
ting,
be-
deze hunne hoedanigheid
Kerkbestuur noodig was,
het
;
zelfs
deze
betaalden
ontvingen
zij
;
de schat-
slechts uit
welberekend eigenbelang. Alzoo overtrad men gedurig de geboden Gods.
Deze ongerechtigheid hangt samen met eene andere ongerechtigheid. Men achtte
Kerkbestuurders
den
gerechtigd,
zich
al
dat onrecht aan te doen,
omdat men hunne personen voor „goddeloozen", „ongeloovigen" gaande van het
dragers
feit,
gebroken hadden,
belijdenis
het
in
hield. Uit-
dat velen van hen met het Christendom der Kerkelijke
aangezicht
nam men
de vrijheid, hen Gelijk voor
slaan.
te
als Kerkelijke
ambts-
menigeen de Christelijke
bediening der Sacramenten geene waarde had, omdat de Bedienaar voor hen was,
geen geloovige voor
persoon
zijn
hebben;
alzoo
geen
was
de Kerkbestuurder verachtelijk, omdat
aan
deel
het
geestelijk
goed der Kerk scheen
te
het eigen oordeel over iemands geestelijken staat, of over iemands
prediking, vaak niet anders dan op praatjes gegrond,
waardeering van
der
niet
van maatschappelijke verhoudingen.
van eene redeneering
omdat N.N.
als
werd aldus
tot
maat-
iemands ambtelijke verrichtingen. Ik spreek nu
staf
ter,
hij
deze
:
Wat
zou
Burgemeester N.N.
liberaal in de politiek
is ?
De
men is
bijv.
moeten zeggen
een slecht Burgemees-
rechter Z.Z.
is
een
onrecht-
vaardig Rechter, omdat Z.Z. zich buigt voor Maria als moeder der genade
Gods? Hoe dwaas dan bestuurder of
is,
ook van
omdat
niet, te stellen
hij
in zijne
dat iemand een antichristelijk Kerk-
prediking naar de begrippen van een enkele,
velen, zich tegenover Christus stelt?
politieke denkwijze, ot godsdienstige belijdenis,
hem
zelven in strijd brengt
't
Kan
zijn,
dat iemands
of dogmatische beschouwing
met plichten eener andere betrekking, maar
die
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's
![Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 11](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/het-keerpunt-in-de-jongste-geschiedenis-van-kerk-en-staat/1887/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887
Abraham Kuyper Collection | 436 Pagina's