Het werk van den Heiligen Geest - pagina 69
Het werk van den Heiligen Geest voor de kerk in haar geheel.
HET LEVENSBEGINSEL IN ALLE SCHEPSEL. tus en de
Kerk schonk
31
en die, na ons deze schatten verleend
;
hebben,
te
verband met die oorspronkelijke schepping en door die genademiddelen,
in
wederbaart en heiligt tot Gods kinderen.
ons
hoiide men,
Slechts
en dat
hier zelfs hoofdzaak, bij elk dezer drie
is
machtige en alomvattende werkingen wél alle
bij
dat de Heilige Geest
deze nooit anders, dan het innig verborgene, het o/zzichtbare, het
mnerlyk
nauwlijks waarneembare, het
Het het
in het oog,
verborgen,
zich schuilhoudende tot stand brengt.
inwendig
verscholen,
en
werken
innerlijk
altoos
is
kenmerk van de werkingen des Heiligen Geestes. Achter het
vaste
zichtbare ligt een onzichtbare, geestelijke wereld, en in die geestelijke wereld
de
voorkameren
zijn
onpeilbare
binnenkameren, en onder die binnenkamers
en
gemoeds, en het
des
diepte
die heilige diepten
in
is
ons verborgen gemoedsleven, dat de Heilige Geest
zijn
is
van
altaar kiest en ons
hart vormt tot zijn tempel.
Maar zóó nu ook zijde
iets
De
leefd.
is
er in het verlossingswerk
van den Christus van de eene
tastbaars, iets dat gexien werd, en in het uiterlijke
verzoening
in
is
zijn bloed.
En
bloed ziet men.
verlossingswerk was ook anderdeels een geheel onzichtbaar,
Een
geestelijk onzichtbaar
werk
in
werd door-
Maar
in dat
(/ees^e/y/^
werk.
de heiliging van Jezus' vleesch, en een gees-
onzichtbaar werk in de versiering van Jezus' menschelyke natuur met
telijk
En
menigerlei genade.
zie,
waar nu de nadruk moet gelegd op dat
overal,
verborgen en innerVi]^ werk, maakt de Heilige Schrift ons opzettelijk mel-
van
ding
den
Heiligen
heette het tot Maria
nu ook, ten
zoo
slotte, is er in
van den eenen kant een
stoffelijk,
met welks
wij
kunnen
voorstelling
verbinden.
zal :
over
u komen'',
»Hij geeft
hem den
!"
Geest niet met maté
En
»De Heilige Geest
Geest.
en straks wierd het uitgeroepen
;
het heir des hemels en der aarde
een uitwendig, een waarneembaar leven,
onze gedachten nooit den Heiligen Geest
in
Maar, hoe zwak en onmerkbaar ook, toch
ook
ligt er
achter dat stoffelijke en tastbare der natuurlijke schepping een onzichtbare achtergrond.
de
tueus
dat
alles
ademtocht.
Hoe
ontastbaar
zijn niet
reeds de natuurkrachten, hoe majes-
krachten van het magnetisme. leven.
Een
Maar veelmeer nog
verscholen,
verborgen
beginsel
diepte aller dingen naar boven en naar buiten.
de redelooze schepping, maar is
nu
dit
levendragende,
hetwelk dood gaat en
ouder
ligt er
den schijnbaar dooden stam ruischt een
Zelfs dour
werkt
Eenigermate ook reeds
in
En
het
veel sterker in den engel en den mensch.
dit
verstijft,
vanbinnen
uit
stille
uit de onpeilbare
bezielende in alle schepsel,
zoodra de werking van den Heiligen Geest
wegwijkt. »Zendt Gij
uwen Geest
uwen adem weg, zoo
sterven
uit,
zij!'''*
zoo worden ze geschapen, neemt Gij
^-
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's