Het werk van den Heiligen Geest - pagina 93
Het werk van den Heiligen Geest voor de kerk in haar geheel.
OORSPRONKELIJKE SCHEPPING EN HERSCHEPPING.
55
Altoos dus weer de diepe gedachte, die we telkens vonden. buiten het schepsel.
De Zoon wordt
uihvendige aanraking. Maar het schepsel innerlijk
te
vleesch en
als het
De Vader blijft komt dan met het schepsel in
er aan toekomt,
doen aanraken, alsdan
is
om
het goddelijk leven
dit het eigen en bijzonder
werk, niet van den Vader, noch van den Zoon, maar van den Heiligen Geest.
Slechts hebben wij daarbij tegen één misverstand te waken.
Zoo
licht vervallen
raking van
God
geboorte in
zijn
Dit echter
Ook van
in zijn innerlijk
gansch onwaar. Dit
wezen alleen door weder-
is
een volstrekt onhoudbare voorstelling
en tot de heidenen te Athene zegt de heilige apostel
bewegen
van Gods geslacht
Er
de dwalende meening, alsof de aan-
kinderen tot stand kwam.
is
wij en
leven
wij namelijk in
aan het schepsel
wij
ons en
zijn
wij
alsmede
!"
:
»Want
:
»In
He m ook
wij zijn
!"
geen leven, er werkt geen enkele kracht, er heerscht geen enkele wet, er bestaat geen enkel stofje of element, laat staan een ige plant of eenig is
op deze aarde, of het
God almogend
en God alomtegenwoordig, die van oogenblik tot oogenblik dit leven wekt en aanblaast, deze kracht werken en gelden doet, en deze wet machtig maakt tot het oefenen van heerschappij. dier,
God
Stel,
oogenblik
op
ook
konden
Om
datzelfde niet
droeg en bezielde één ondeelbaar en ondenkbaar
die kracht, deze wet, niet, welnu,
oogenblik
dan verzonken
zij
niet-bestaande, waren niet meer, en
meer werken.
om
ze te laten werken,
moment
een punt, een
iets,
het onmisbaar,
is
waarin de werking, die van
zij,
God
aan het schepsel raakt, het schepsel aanraakt en in het schepsel
uitgaat,
de
raakt
het
in
ze dus te laten bestaan,
dat er een
zijn
Heere
de
dit leven,
is
diepste
pit
en
van
kern
zijn
wezen
;
d^t punt, vanwaar heel
bestaan opschiet.
Er
bestaat
derhalve
noch zon noch maan noch star
noch plant noch dier; en
stof
noch
talenten
God de Heere
noch gaven
;
er bestaat
noch
veel hoogeren zin nog, er bestaat noch
in
mensch (noch heiden noch Jood)
;
;
en zoo ook bestaan noch
bekwaamheid
of ze bestaan en werken alleen daardoor, dat
ze aanraakt in de kern van
hun wezen en
in die
kern van
dat wezen ze onderhoudt.
En
het
dat
wij
stand
maar
is
nu
van die aanraking van
alle schepsel,
van
alle creatuur,
of onbezield, redelijk of niet redelijk, organisch of niet organisch,
bezield
als
door
grondgedachte der Schrift vonden: Deze aanraking komt tot een
werk,
niet
van den Vader, en ook niet van den Zoon,
zeer bijzonder van den Heiligen Geest.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1888
Abraham Kuyper Collection | 303 Pagina's