GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 387

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 387

Derde deel

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

:

ZOND.

XXXII. HOOFDSTUK IX.

389

te eigenen,

want

maar door den Heiligen

Geest,

de door Christus voor ons voldongen verlossing ons toe die toeëigening geschiedt niet door ons,

ook

goede werken juist begrepen. De goede wer-

in die toeëigening zijn de

en

ken

waaraan

blijft

werkdevmcht,

het goede

van

ze groeien, en licht

is

het^etoo/'deplante,

naam waard,

y .

Gods vrijmach-

die plante de wortel in

verkiezing. Hierover behoeft dan ook geen

één Gereformeerde, dien

y

nooit de oorzaak of medeoor-

een gerolg van onze verlossing,

zijn

zaak er van. Altoos

tige

om

onze goede werken nooit eenige kracht worden toegekend,

mag aan

woord meer gezegd. Niet

belijdt het anders.

Daarover bestaat

onder ons geen verschil.

Maar wel beginnen de overtuigingen eenigszins zwevend er sprake komt van de goede werken als middel

De hoogleeraar Voetius, liet

nog

die

altijd

te

worden,

als

^

ter geloofsverzekering.

onze kundigste godgeleerde

blijft,

zich hierover in zijn Catechismusvragen aldus uit V.

Moet een yeder versekert

A.

Ja.

V.

Alle geloove

A.

Neen.

V.

Waer

A.

Uyt de vruchten des

V.

Wat zyn

is

zijn

van

zijn

geloove

?

dat een goet en oprecht geloove?

uj't sal ick

my

versekeren dat

myn

Matth. VII:

selfs.

geloove goet is?

17. Jac.

II:

18.

dat voor vruchten?

A.

De goede wercken.

V.

Wat

A.

De

V.

Welck

A.

De waerheyt van Godt

V.

Wel waeroni

A.

Dat

wort hier verstaan door het geloove?

particuliere toepassinge ende versekeringe des selfs.

is

het merckteecken van de waie Kercke?

is

staat hier dan, dat

ten aensien

Welck

De goede wercken.

V.

Bewyst dat?

A.

Jac. II

:

Maer

18.

wercken;

men

versekert

is

van syn geloove door de wercken

?

van de particuliere toepassinge en versekeringe.

u dan een seker teecken syn dat ghy het rechte geloove hebt?

V.

A.

sal

woort.

toont

sal

yemant

mij

u

seggen,

geloove

V.

myn geloove toonen. Vertrouwen wy dan sekerlick op

A.

Neen.

V.

Hoe zyn wy dan daer door Omdat wy uyt ende door

Ghy

hebt het geloove, ende ick hebbe de

uyt uwe wercken,

ende ick

sal

u uyt

myn

werken

A.

volgende vrucht

onse wercken?

seker? deselve, als uyt ende door een gewis teecken

van onze gemeynschap met

rechtveerdigmakinge versekert worden dat bedrieghlicke persuasie,

geloove

Cliristi

ons geloof geen doot geloof,

Zyn wy daer uyt seker

A.

Neen.

of

maer een oprecht, levend ende rechtveerdighmakend

is.

V.

ende

hej'ligmakinghe en de

als

een oorsaek van onse verlossinge

?

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 387

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's