De drie Formulieren van Eenigheid - pagina 124
benevens het Kort Begrip der Christelijke Religie
110
KORT BEGRIP
Antw.
God
*
,
1)?,R
Onze Heere Jezus Christus", die in één persoon waarachtig en een waarachtig rechtvaardig mensche « is.
a 4 Tim. 2 Want er is één God, er is ook één Middelaar 5. Gods en der menschen, de mensche Christus Jezus. b Joh. 1:1. In den beginne was het Woord, en het Woord was bij God, en het Woord was God. Vgl.Joh.1 :14; Joh. 20 28; Rom. 9 5; Phil. 2 6; 1 Tim. 3 16; 1 Joh. 5 20; Openb. 1:8; Psalm 45 8 Jes. 9 5 Jerem. 23 : 6. Hebr. 2 c 14. Overmits dan de kinderen des vleesches enhloedi deelachtig zijn, zoo is Hij ook desgelijks derzelven deelachtig gewa-den. :
:
:
:
:
:
;
:
:
;
:
Gat. vr. 18, 19. Geloofsbel. art. 10, 18,
19. Leerreg.
2-4.
II,
Vraag. Kunnen de engelen onze middelaars niet zijn ? Antw. Neen zij, want zij zijn" noch God noch menschen. 16.
a
Hebr. 1
:
14.
Zijn
Gat. vr. 14, 15, 30.
niet allen gedienstige geesten,
zij
dienst uitgezonden worden, erven zullen ?
om
die tot
dergenen wil, die de zaligheid
ne-
Geloofsbel. art. 12.
Vraag. Kunnen de heiligen onze middelaars niet zijn ? Antw. Neen zij, want zij hebben zei ven gezondigd", en zijn anders dan door dezen Middelaar zalig geworden *. 17.
14. Job 15 Wat is de mensch, dat hij zuiver geboren is van eene vrouw, dat hij rechtvaardig b Joh. 14 6. Jezus zeide tot hem: Ik ben de weg, en heid, en het leven. Niemand komt tot den Vader dan Vgl. Luc. 1:45—47; Hand. 4:12; 1 Tim. 2:5; Openb. 7
a
en
:
die
:
Gat. vr. 30. Geloofsbel. art. 26. Leerreg. I, 1, 2, 7; V,
riet
zou zjnl zou zjnl de wairdoor \lij. :
13-15.
1—
c.
Zullen ook alle menschen door den Middelaar Jezus alig worden, alzoo zij allen door Adam zijn verdoemd geworden? 18.
Vraag.
Antw. Neen zija; maar alleen*, die Hem met een oprecht gdoof 16: Alzoo lief heft aannemen ', gelijk geschreven staat Joh. 3 God de wereld gehad, dat Hij Zijnen ceniggeboren Zoon gegn^en] heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verder ve, naar :
het eeuwige leven hebbe.
a
Matth. 22
uitverkoren.
:
14.
\
Want
velen
zijn
geroepen, maar weingen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 152 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1894
Abraham Kuyper Collection | 152 Pagina's