Sociale hervormingen - pagina 590
voorstellen van wet door het ministerie-Kuyper bij de Staten-Generaal ingediend. Deel II.
646
gevonden door
zijne
bruto-inkomsten
te
verminderen met de
bedrijfskosten of wat daarmede gelijk gesteld kan worden. In de wet op de Bedrijfsbelasting vindt men deze kosten opgesomd. Laatstgenoemde wet neemt daaronder niet op de directe belastingen, drukkende op het bedrijf, noch de premie, welke hij voor zich zelf of voor zijne echtgenoote verschuldigd is voor de verzekering
tegen ongelukken. Naar de meening van den ondergeteekende behooren deze posten voor de toepassing dezer wet ook tot de bedrijfskosten, de laatste echter alleen, indien premie verschuldigd is voor de bij het ontwerp verplichtend gestelde verzekering.
Artikel 18, laatste lid. De mededeeling geschiedt bij te adviseeren dienstbrief met het oog op den termijn waarbinnen, ingevolge artikel 89, beroep openstaat. Artikel 19. Volgens het tweede lid van art. 15 wordt elke werkgever geacht jaarlijks f500 te verdienen. Voor den werkgever echter, die zijne inkomsten heeft laten schatten, geldt het geschatte bedrag als grondslag voor de bepaling van het dagloon. Dit bedrag wordt steeds aangenomen, ook zoo in werkelijkheid de inkomsten van den werkgever verminderd of vermeerderd zijn. Eerst dan, wanneer op verzoek van den werkgever eene nieuwe schatting heeft plaats gehad, wordt als basis het opnieuw geschatte bedrag aangenomen.
HOOFDSTUK
II.
Verzekeringsplichtige bedrijven. Artikel 23. Indien een werkgever zijne werklieden in de landbouwbedrijven tevens gebruikt in een bedrijf, vallende onder de Ongevallenwet 1 90 1 welk bedrijf deel uitmaakt van een landbouwbedrijf, zouden deze werklieden het eene oogenblik verzekerd zijn volgens de bepalingen in het ontwerp, het andere oogenblik volgens de bepalingen der Ongevallenwet 90 1 Het gevolg zou zijn, dat de werkgever voor zijne werklieden loonlijsten had tehouden gedurende den tijd, dat zij in het bedrijf werkten, dat onder de Ongevallenwet 1901 viel, terwijl deze verplichting niet bestond, zoolang zij in een verzekeringsplichtig landbouwbedrijf werkzaam waren. Het zal bijv. kunnen voorkomen, dat een werkgever het volgens de Ongevallenwet 1901 verzekeringsplichtige bedrijf van boterfa,
1
.
brikant met centrifuges uitoefent, terwijl hij daarnaast het verzekeringsplichtige veehoudersbedrijf uitoefent en de grondstof voor zijn boterfabriek ontleent aan de veehouderij. Wanneer nu zijne werklieden èn in de veehouderij èn in de boterfabriek werkzaam zijn, zouden zij zonder eene bepaling als die van art. 23 onder twee wetten vallen. In de practijk zou het niet mogelijk zijn na te gaan, wanneer die werklieden ten behoeve van de boterfabriek
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's