Leven en arbeid van Dr. A. Kuyper - pagina 135

DR.

over de minderheid

KUYPER ALS STAATSMAN.

gelijk.

Eerst in

elk

113 doordien

kiesdistrict,

de

stemmen van de minderheid wegvallen en daarna nogmaals in de Kamer zelve, als, op hare beurt, de meerderheid der gekozenen weer de minderheid op zij zet. Hij wenscht daarom een regeling, die het aan elke groep gelijkgezinde kiezers mogelijk maakt één of meer hunner af te vaardigen. Als er bijv. 500,000 stemmen uitgebracht waren, zou ieder, die 5000 stemmen op zich vereenigde, geacht moeten worden gekozen te zijn. Doch zoo lang de Grondwet zulks niet

Kuyper

toelaat, wil Dr.

census-verlaging en

Maar wordt

wijziging

der

dis-

eenmaal naar bovenstaand advies gehandeld, dan krijgt men een Eerste Kamer voor de verschillende belangen en een Tweede Kamer, om de richting aan te geven van trictsverdeeling.

er

de stuwkracht, waarmede het „schip van staat" zal worden voortgedreven.

Ook ons

belastingstelsel

wordt aan een afkeurende

critiek

onder-

worpen.

Scherp onderscheidt Dr.

Kuyper

tusschen hetgeen de overheid

doet als „overheid" en als „zaakwaarneemster" der terij,

telegrafie, loods-

en schoolwezen

zijn

burgerij.

Pos-

bemoeienissen, die niet

wezen der overheid behooren. De rechtspraak en leger, de onderhouding van de betrekking met buitenlandsche mogendheden, kan zij niet uit handen geven, zoo zij niet ophouden wil overheid te zijn. rechtstreeks tot het

daarentegen, de

De

belastingschuldigen zouden

zaken hebben

te betalen.

Om

dus

de

alleen

die uitgaven

laatstgenoemde

zoo min mogelijk druk-

maken, moet staatsbemoeiing beperkt, heffing van belasting het organisch volksbezit en decentralisatie in administratie en

kend uit

politie, vloot

te

heffing plaats hebben. De overheid moet haar middelen trekken uit de waardeverhooging, die ze zelve, door haar aanwezen, aan de bezittingen der natie aanbrengt.

Aan de gemeente

wil

provincie een aanmerkelijk deel en het rijk zelf zoo

hij

het meest, de

min mogelijk

te

beheeren geven.

Wat

's

lands defensie betreft, deze wordt

moreele en de

militaire.

De moreele

onderscheiden in

de

defensie eischt kennis van de

vaderlandsche historie. Die geschiedenis

is

een mysterie, dat niet

ontleed wordt in jaartallen, noch uitgeput wordt in namen,

maar dat

achter die jaarcijfers zich schuil houdt in hetgeen de natie als geheel

genomen,

in

dagen van angst uitgestaan,

in jaren

van weelde gezon8

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen