Officieele Berichten.
Vrije Universiteit.
Men schrijft ons:
Gevraagd wordt hoe het staat met het fonds 1920.
Het antwoord hierop te geven, is niet gemakkelijk.
Men kan zeggen, het «staat nog lang niet", van «loopen" kan dus ook niet worden gewaagd, het «kruipt".
Wanneer men voor het bestijgen van een bergtop gebruik maakt van een «tandradbaan", gaat het bestijgen veel vlugger dan loopende. Wordt de tandradbaan waargenomen van den «beganen grond", dan schijnt ïiet alsof zelfs dit vervoermiddel niet tot het gewenschte doel zal voeren. Evenwel, met Hinke kracht klimmende of met gebruik van een of ander vervoermiddel, bij volharding wordt toch de top bereikt. En nu kan getuigd worden dat er wordt «geklommen", er wordt «getandrad", er wordt «gekabeld" en er zijn er ook die met den «ossenwagen" de hoogte trachten te bereiken.
In een woord, «er wordt gewerkt". Maar toch.., , maar toch, ... zoo van den beganen grond gezien, is de vrees niet ongegrond dat — althans op den bestemden datum — de gewenschte hoogte niet zal worden bereikt.
We vorderen wel.
Sedert de laatste circulaire verzonden werd, is er ruim f 4000 ontvangen. De f 1000 uit Afrika door-Dr. Rumpff toegezegd, worden nog verwacht.
Het Groninger Comité heeft nog geen rapport uitgebracht. Uit Zeeland komen goede berichten.
Het comité van «oud-hospitanten" schrijft:
„Een circulaire is gezonden aan allen die in het Hospitium een gastvi ij onderdak hebben genoten gedurende hun studententijd, om aan hen een extra bijdrage te vragen voor het fonds 1920. Er kwamen verrassende antwoorden in van oud-studenten, op wier gaven we niet meer gerekend hadden; zoo uit Indië enz.
Maar daarentegen stellen zeer velen ons teleur. Er zijn oud-hospitanten, die met een ruim inkomen gezegend zijn, en toch niet eens op de circulaire antwoordden.
Dit was natuurlijk een verzuim.
Het comité verzoekt daarom vriendelijk om nog spoedig hun antwoord in te zenden. Adres Ds. T. J. Hagen te Nieuwe-Pekela.
Tot voorkoming van misverstand het volgende.
Bij den penningmeester zijn reeds gaven van oud-hospitanten ingekomen, en vermoedelijk zijn er nog heeren oud-studenten druk aan 't werk.
Sommigen zijn geoefende «klimmers" en loopen «voetje voor voetje", maar komen er wel, anderen zijn reeds op den top of vergevorderd, maar genieten zóó van hun uitzicht dat zij alle «lager wonenden" vergeten.
Hoe moet dat nu ?
Men houde appel nominaal.
Ieder zende een «prentbriefkaart.". Liefst aan den penningmeester Fonds 1920. Giro No. 13.212 en meldde achter op de strook, wat nog te wachten is, en of aan Ds. Hagen - kennis' moet worden gegeven.
Of men schrijve, beter nog, zende geld aan Ds. T. J. Hagen te N.-Pekela.
Wanneer nu vóór 30 September deze «trangulatie" of te wel driehoeksmeting kon afloopien is het mogelijk juist aan te geven, op welke hoogte het fonds 1920 staat, kruipt of loopt,
N.B, Indië werkt ook mede. Daarvoor kan het Kerkblad worden geraadpleegd.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 3 oktober 1920
De Heraut | 4 Pagina's