GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 50

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 50

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

de opzet van de studie

Zetten naar de vu kwam, A. Schouten, meent in zijn autobiografische terugblik inderdaad dat dit een belangrijk aspect was.76 Een voordeel voor de vu was dat er in ieder geval één gymnasium in Nederland was, waar leerlingen op de vu werd gewezen. Van Lingen was enkele jaren een vurig propagandist voor de vu. Zo schrijft Schouten: ‘De Vrije Universiteit had bijzondere bekoring maar er was niemand die iets goeds voorspelde aangaande de vooruitzichten der studerenden.’ Het vlugschrift van Van Lingen, Doopbelofte en hooger onderwijs, waarin hij een vurig pleidooi voor de vu voerde, had in het geval van Schouten zelf een belangrijke rol gespeeld, omdat het voor Schoutens vader de doorslag gaf om hem naar de vu te laten gaan.77 Het spreekt vanzelf dat hiermee de vraag naar voren kwam of ook mensen met een vijfjarig gymnasium van een gemeentelijke school toegang hadden tot de vu. Tevens rees de vraag of iemand met een zesjarig gymnasium net zolang geacht werd over zijn propedeuse te doen als iemand met een vijfjarig gymnasium. De eerste groep werd toegelaten.78 Voor de tweede groep volstond, zo stelde Woltjer in 1883 voor, een eenjarige propedeuse.79 Omdat een en ander de letterenfaculteit regardeerde, werd het aan haar overgelaten. Hoewel ik hiervan verder nergens duidelijke sporen heb kunnen vinden, neem ik aan dat een en ander overeenkomstig de wensen van Woltjer is geregeld. De relatie tussen de vu en Zetten werd steeds inniger. In 1885 speelde zelfs de vraag of Zetten niet verplaatst zou moeten worden naar een centrale plaats in het land. Uiteindelijk ging dit niet door. Spoedig daarna begon men in Amsterdam met de voorbereiding van de oprichting van een gereformeerd gymnasium. Dat opende in 1889 zijn deuren.80 Rond diezelfde tijd was in de relatie tussen de vu en Zetten de klad gekomen. Ongetwijfeld speelde de oprichting van het Amsterdamse Gereformeerd Gymnasium daarbij een rol. Bovendien was er sprake van vervreemding tussen Kuyper en Van Lingen. Deze laatste stuurde in 1889 aan op een relatie met de Theologische School te Kampen.81 Overigens werd dat niet gemeld aan de vu. Daar klaagde Van Lingen over de ongelijke behandeling. Waarom stuurde de vu wel examinatoren naar Zetten, maar werden leerlingen van andere gymnasia zonder meer geaccepteerd?82 In het antwoord werd verwezen naar de kwaliteitsgarantie die met de wettelijke regeling gegeven was.83 Later wees Van Lingen erop dat het gerucht ging dat de gemeen-

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 49

49

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 50

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's