Negende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerden Grondslag - pagina 42

XL

ZÓÓ is het hospitium het levenscentrum in leeren en onderling verkeer. Tucht op elkaar oefenen; elkanders individualiteit eerbiedigen; gehoorzaam zijn en toch zelfstandig; dienen en toch heerschen; beurtelings doctor en doctus wezen . . . . en in nog oneindig veel meer toekent zich het spoor van zegen, die op zulk een samenleving rust. En het Woord Gods werpt zijn licht binnen, en zegent den maaltijd waar de liefde woont, de Heere den zegen gebiedt omdat Hij zelf daar woont. Den vollen prijs heeft ons hospitium nog niet verkregen, maar wij wijzen slechts op het beginsel, zegt spreker, en daarin hebben wij te zien op voorrecht en plicht, die wij van den Heere mochten aanvaarden in dit geschenk zijner gunst, 'twelk Hij ons, bij het opleven der Gereformeerde beginselen, ook in den eisch en de eer van ons hospitium gegeven heeft. Aan het debat over deze stellingen en dit referaat werd deelgenomen door de heeren Dr. Bavinck en Dr. Eutgers. Dr. Bavinck vroeg nader liclit over den band tusschen een Hospitium en het Gereformeerd beginsel, terwijl Dr. Rutgers het begrip Hospitium zelf nog niet scherp genoeg gedefinieerd achtte. Beide sprekers werden door den Referent beantwoord, waarna Dr. Kuyper het gesprokene resumeerde, en na dank aan de sprekers en de opgekomenen te hebben gezegd, de meeting te vier ure sloot.. Aan den broederlijken maaltijd namen ruim honderd leden deel, en heerschte een toon, waarin ernst en gulle vroolijkheid een hoogere harmonie vonden. Hartelijken dank worde hier dan ook gebracht aan de Regelingseommissie te Zwolle, die niet het minst heeft medegewerkt, om de jaarvergadering aldaar tot oen opwekkend en broederlijk samenzijn te maken. Om te voldoen aan de opdracht der Algemeene Vergadering, hebben Directeuren ernstig overwogen, of en zoo ja, op tvelke tvijee een gymnasium op gereformeerden grondslag zou kunnen worden opgericht, met het vooruitzicht van welslagen. De groote moeielijkheid, aan deze opdracht verbonden, werd al zeer spoedig gevoeld, want, al moge een zaak zeer gewenscht zijn en Gode welbehagelijk, zoo is het lang niet altijd gezegd, dat onze tijd ook Gods tijd is. De bezwaren zijn vele, en niet het minst behooren daartoe de geldelijke bezwaren; want de onkosten, aan een gymnasium verbonden, zijn aanzienlijk, en een zeer beperkt aantal leerlingen is lange niet bij machte, om al die onkosten uit eigen beurs te voldoen. En toch is ook de gymnasiale opleiding een zaak van zoo uitnemend gewicht. Niet alleen om den geest, waarin het onderwijs wordt gegeven, doch ook omdat het gymnasium zoo vaak den levenskring bepaalt, waarin de jonge man zich later zal tehuis gevoelen. Daarom werd ook, op het voetspoor, door het Gymnasium te Zetten aangewezen, de oprichting van een tweede Gymnasium op de Algemeene Vergadering als ten zeerste gewenscht uitgesproken. Op verzoek van Directeuren belastte zich de hoogleeraar Dr. Woltjer met het opstellen van een schema voor een Gymnasium te Amsterdam, dat door Direc-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen