GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Vijftiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 31

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

XXXI

lector het lidmaatschap van een der beide Kamers van de StatenGeneraal mocht aanvaarden, een bepaling die zooais TJ bekend is, nog onlangs geleid heeft tot de tijdelijke aanstelling van Mr. P. A. Tichelaar te Leiden als lector in het Romeinsche recht en zijne geschiedenis, toen de hoogleeraar Mr. H. L. Drucker naar de 2e Kamer ging. Op lectoren doelt verder Art. 6, al. 6 onzer Statuten, waar naast hoogleeraren ook „personen worden genoemd, die onder eenigén titel voor de Vereeniging of voor hare Scholen worden aangesteld" en eindelijk worden zij uitdrukkelijk genoemd in ons Reglement waar het in Art. 8 heet: „Lectoren ontvangen een honorarium, berekend naar het aantal door hen gegeven colleges of lessen." Tot dusver is op- deze zaak in onzen kring nog weinig de aandacht gevestigd. Ter beantwoording van de vraag die ons nu bezighoudt zal het verder noodig zijn eerst te onderzoeken wat wij onder lectoren hebben te verstaan. Het Latijnsche woord lector is lezer en wel bepaald een. die hardop voor anderen leest, dus een voorlezer. Aan het Fransche hof kende men oudtijds den „lecteur du roi" die aan de koninklijke tafel voorlas, gelijk ook in de kloosters een monnik was aangewezen om bij de maaltijden zijner medebroederen als lector te 'dienen. Evenzoo heeft ook de Kerk haar lectores. In de oude Kerk was het de anagnostes of lector die de heilige schriften voorlas, en de Roomsche Kerk heeft het lectoraat als een der z.g. kleinere ordeningen, die aan de priesterwijding voorafgaan. Zuiverder is dit echter bewaard in de Kerken der reformatie, waar ge nog altijd den voorlezer hebt, een functie vaak door zeer ongeschikte personen en daarbij om loon waargenomen, vroeger weinig- in tel, maar thans in de Gereformeerde Kerken, nu zij uit de vrijwilligheid der liefde door Ouderlingen, Onderwijzers, ja zelfs, gelijk in Amsterdam, door een Hoogleeraar wordt vervuld, op weg om weer tot eere te komen. Dan niet slechts de voorlezer aan het hof, in het klooster, in de Kerk, maar ook de docent aan de kloosterscholen droeg den naam van lector en vandaar kwam weer de naam magistfi legentes aan de middeleeuwsche Universiteiten. Dit mag U echter niet op het dwaalspoor brengen als zouden deze docenten uitsluitend hebben te lezen^ te lezen b.v. hun geschreven dictaat. Wel is dit lezen aan sommige Universiteiten bepaald voorgeschreven en zoo moesten b. v. in Oostenrijk nog- niet lang geleden, bij het dicteeren zelfs hoofdletters en leesteekens.. worden aangegeven, doch het lezen bedoelt hier iets anders. Voorlezen in den zin van dicteeren kwam in de middeleeuwen, toen de drukpers nog niet was uitgevonden en de handschriften,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1895

Jaarboeken | 192 Pagina's

Vijftiende Jaarverslag van de Vereeniging voor Hooger Onderwijs op Gereformeerde Grondslag - pagina 31

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1895

Jaarboeken | 192 Pagina's