GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Jaarboek 1979-1980 - pagina 21

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jaarboek 1979-1980 - pagina 21

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

ling van bevoegdheden volgens de W.W.O.-traditie. Er blijft echter nog veel aan opheldering te wensen over, en een aantal problemen wordt doorgeschoven naar de invoering en uitvoering van de wet (zoals bij de WHWO). De conceptie van het wetsontwerp is waarschijnlijk zo te verstaan dat de eerste fase „horizontaal" is georiënteerd: voor elke W.O.-student, ongeacht de studierichting, een gelijke opleidingsduur, die op algemene (vooral budgettaire?) gronden wordt gefixeerd; eindtermen van de doctoraal-opleiding moeten dan worden aangepast aan de op voorhand vastgestelde duur ervan. Dit in tegenstelling tot de traditionele „categoriale" oriëntatie: uit doelen en eindtermen worden programma en opleidingsduur afgeleid. Die oriëntatie geldt dan wel voor de tweede fase: voor sommige opleidingen en beroepen, in bepaalde faculteiten, kan — op overheidskosten — een aantal abituriënten van de eerste fase verder gaan. Die tweede fase levert dus een groot aantal selectieproblemen op, voor de diverse bestuursniveau's, van minister tot faculteitscommissies. De ministeriële stukken putten zich meer uit in het waarom van deze structuur dan in het wat en hoe. Termijn en wijze van invoering en uitvoering van de wet zijn dus van groot belang. Een studie daarover van planningsspecialisten uit het departement en de universiteiten en hogescholen werd door de minister terzijde gelegd. De Kamer moet nu beslissen, in vervolg op haar uitspraken over de HOW-nota. Behalve de structuurconceptie als zodanig is daarbij de kwaliteit van het wetsontwerp in het geding. Het Voorlopig Verslag zou er eind juni zijn, maar wordt dezer dagen pas gepubliceerd. De Memorie van Antwoord verscheen vorige week en nu moet de behandeling in de Kameragenda worden gepast. De wet zou volgens de minister met ingang van de cursus 1981-1982 in werking moeten treden. Als het ontwerp voor de verkiezingen volgend jaar het Staatsblad niet haalt, gaat een volgende regeringscyclus in: oud wetsontwerp, kabinetsformatie, nieuwe minister, inwerken, opnieuw beleid bepalen met eventuele koerswijzigingen, etc. Als het Staatsblad wel gehaald wordt, krijgen een demissionaire minister en zijn opvolger met de problematiek van invoering en uitvoering te maken, met mogelijk weer terugkoppeling naar de wetgeving zelf. Wat is de moraal van dit verhaal? Een kabinetsperiode is te kort voor een ingrijpende verandering in het onderwijssysteem en voor politiek en/of juridisch fundamentele onderwijswetgeving, als er behoorlijk werk geleverd moet v/orden, wat de materie verdient. Als een kabinetsperiode daarvoor te kort is, moet er dus continuïteit over kabinetten heen zijn, politieke conti19

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

Jaarboeken | 132 Pagina's

Jaarboek 1979-1980 - pagina 21

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1979

Jaarboeken | 132 Pagina's