Jaarboek 1979-1980 - pagina 22

nuïteit op grond van een zekere consensus in de Kamer. Sturing in partij/ verkiezingsprogramma's en kabinetsakkoorden kan daartoe bijdragen. De relevante verkiezingsprogramma's voor 1977 boden heel weinig houvast voor de herstructurering van het W.O. Van die programma's moet men overigens ook niet te veel verwachten. De consensus over een nieuw stelsel van studiefinanciering heeft nog geen effect gehad. Ook voor de W.W.O. '81 bleek een kabinetsperiode te kort te zijn. De procedure hiervoor was trouwens degelijker dan die voor de onderwijsstructuurhervorming. De staatscommissie voor de universitaire bestuurshervorming rapporteerde in „Gewubd en gewogen" — zo goed en zo kwaad als dat ging — over de ervaring met de Wet Universitaire Bestuurshervorming 1970. Daarop volgde een voorontwerp Wet Wetenschappelijk Onderwijs 1981. Beide stukken zijn in het afgelopen bestuursjaar uitvoerig besproken en van commentaar voorzien. Het wachten is nu op het wetsontwerp dat volgens de planning van de minister nog voor de verkiezingen de Kamer door zou moeten. Haalbaar lijkt dat niet. Dus: een wetsontwerp, een nieuw kabinet en hoe dan verder? Over de inhoud en beoordeling van het voorontwerp wil ik het nu niet hebben; daarover heeft ook de V.U. genoeg te berde gebracht. Erg opmerkelijk is de huidige relatief grote mate van consensus in de universitaire wereld, vergeleken met de tijd van ontstaan en invoering van de W.U.B, ruim tien jaar geleden. Er is weinig behoefte dan wel weinig animo om ingrijpende veranderingen in de huidige bestuursorganisatie aan te brengen. Dat geldt ook voor de universitaire gemeenschap van de V.U., volgens het rapport over het meningenonderzoek ter zake door het Instituut voor Toepast Sociaal Wetenschappelijk Onderzoek. Men kan een systeem niet tegelijk verbouwen en het een grotere, ten dele nieuwe produktie laten leveren. Als de universitaire bestuursorganisatie (met inbegrip van de faculteiten) in hoog tempo veel moet produceren: onderwijshervorming (twee-fasenstructuur), versterking van onderzoekbeleid, interuniversitaire samenwerking en taakverdeling (BUOZ), kan die organisatie niet tegelijkertijd ingrijpend veranderd worden. In dat opzicht zijn de ervaringen met de W.U.B, erg duidelijk. Met name reconstructie van het facultair systeem is dan niet opportuun (vgl. Jaaradvies 1980 RAWB). De wetgever zal dus zorgvuldig prioriteiten moeten stellen. Innovatie en hervorming in nota's en wetsontwerpen gaat gemakkelijker dan in de werkelijkheid. 20

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen