1906-1907 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 141

127 des phénomènes n'est pas un phénomène; eet ordre n'est saisi que par l'esprit; c'est un rapport intelligible entre les phénomènes et dont cependant nous chercbons l'explication tout aussibien que des phénomènes eux-mêmes." i) De fout van Reimarus is deze : hij vergeleek het heelal met eene machine, en deze analogie als juist vooropstellende, maakte hij alle verschijnselen dienstbaar aan dit apriorisme. Geen wonder dat dit in de oogen van Haeekel en zoovele aanhangers der descendentie-theorie geen genade kan vinden, want zij doen precies 't zelfde, zelfs in nog erger mate ; want niet slechts worden de feiten gegroepeerd om de vooropgestelde meening, maar waar feiten ontbreken, worden ze . . gemaakt. Tot staving van deze bewering de stamboom van het paard, volgens Carus Sterne: , das lehrreichste Beispiel für die neuere Aufïassung des Lebens : . . eine fast lüekenlose Bntwickelungsreihe." Door Marsh is een tabel ontworpen van de pooten van fossiele dieren, welke in het bezit waren van respectievelijk 5, 4, 3, 2 teenen, waarop dan volgt de afbeelding van een paardenpoot met één teen. Naar aanleiding van deze tabel zegt Carus Sterne: Wenn wir einen Bliek auf die Tafel von O. C. Marsh werfen, so sehen wir mit einem Blicke, wie sich diese Umwandlung vollzogen hat." Haeekel heeft een stamboom ontworpen, die der Perissodactylen, en de takken volgend, zien we hoe het paard ontsproten is uit 't Hippotherium, dit dier uit den Merychippus en dit dier achtereenvolgens uit Anchitherum, Mesohippus, Epihippus, Orohippus, Eohippus enz., en daarnaast de volgende beschrijving, aan duidelijkheid niets te wenschen overlatend: ,Die bedeutungsvolle phyletische Bntwickelungsreihe der Pferde ist jetzt von den altesten eocaenen Condylarthren (Phenacodus) bis zum heutigen Equus durch die ganze Reihe der tertiaren und quartaren Formationen hindurch so vollstandig bekannt, dass sie mit vollem Rechte als das imposante „Parade-Pferd der DescendenzTheorie" gilt, als eines der wiehtigsten und volkommensten Beispiele von palaeontologisch bewiesener allmahliger Umbildung : von dem 1) Janet, Les causesfinale*»,pag. 36.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen