1962 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 306

246

J. Z. BARUCH

veel als de nieuwe zilveren dinar zwaar is. Dan bindt men de dinar met mensenharen vast aan de hals van het hemd. Als dit niet mocht helpen, dan gaat men bij een wegkruising zitten en als men een grote mier ziet, die een last draagt, neemt men de mier, werpt ze in een ijzeren buis, sluit de buis met lood. Op de loodafsluiting plaatst men nog zestig zegels. Men schudt de buis, houdt ze vast en zegt tot de mier: „Jouw last kome op mij en mijn last kome op jou". Als dit niet helpt, neemt men een nieuwe aarden kruik, gaat naar de rivier en zegt: „Rivier, rivier, geef mij een kruik water voor de gast, die bij mij gekomen is". Men vult de kruik met water uit de rivier. Dan draait men de kruik zeven keer om het hoofd, giet hem over het hoofd leeg in de rivier en zegt: „Rivier! rivier! Neem het water dat je me gegeven hebt, want de gast, die ik gekregen heb, is op dezelfde dag, waarop hij gekomen is, ook weer verdwenen". Bij deze overdracht van ziekte van mens op dier of van mens op stromende rivier, zijn verschillende elementen uit de tovenarij terug te vinden. De wegkruising, zout, lood, de kruik met water, de rivier, de zestig zegels, het zeven keer ronddraaien van de kruik (zestig en zeven, heilige getallen, ook als zodanig bij de Babyloniërs bekend) het spreken met de mier en tot de rivier. Tegen blindheid maakt men een draad uit de haren van de staart van een paard en een koe en men bindt met de draad de voet van de zieke mens vast aan de poot van een hond. Dan moeten kinderen met scherven van potten en pannen slaan en zeggen: „Oude hond, gekke haan". Dan moeten zeven stukken vlees uit zeven verschillende gehaald worden en de zieke moet ze opeten op de mestvaalt stad. Dan moet de draad los worden gemaakt van de voet mens en de poot van de hond, en zegt dan: „Blindheid van van B. verlaat A.zoon van B."

huizen van de van de A.zoon

In Babylonië waren speciale bezweringspriesters werkzaam, de ingewijden van de god Ea, die de zieke mens hulp brachten tegen de boze geesten i). Deze officiële bezweringspriesters werkten, in tegenstelling tot boze tovenaars en heksen, uitsluitend ter wille van de ^) Meissner: Babylonien und Assyrien, pag 207

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen