1963 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 71

„RESEARCH EN ETHIEK"

51

de westerse mens, maar om het materieel en geestelijk heil van de gehele mensheid Het maakt thans de indruk dat de heilzame werking van natuurwetenschap en techniek vaak bijprodukt is van de commercie" (Dippel). „Mijns inziens ligt de noblesse van de wetenschap in haar belangeloosheid en haar waarachtigheid, en niet in haar methodische handigheid of exactheid. Wanneer wij dit inzien dan zullen we ook kunnen inzien dat atoomfysicus en televisiefysicus gelijkelijk oncommercieel thans voor de vraag staan waarom we niet naar Afrika of Azië gaan, niet voor een dollar-baan, maar om die mensen daar te helpen in hun overgangsperiode" (Dippel). „Maak ook als natuuronderzoeker duidelijk in het openbaar — door zó te leven, te denken en te werken — dat niet alles natuur is en dat de natuurwetenschap niet alles weet en leer aan de cultuur het: in dubiis abstine en leer af zelf in twijfelgevallen te doen alsof U met zekerheid handelt als U met zekerheid weet dat U geen zekerheid hebt. Heb de moed in het openbaar duidelijk te maken dat niet alles waar is wat men wenst dat widr is" (Dippel). „Handhaaf dan ook in het openbaar dat steeds vóóraf moet gaan wat noodzakelijk is en dat noodzaak vooraf gaat aan overbodige versiering. Het is niet moeilijk in te zien, dat thans in deze revolutie vooraf gaat: de opheffing van de materiële armoede in de wereld. Leer de cultuur de materiële verspilling af" (Dippel). „Het is goed wanneer de beoefenaars van de wetenschap een lastig element blijken te zijn ten opzichte van de machtswil van de politieke gemeenschap en van de grote bedrijven" (Kwant). „ . . . . wanneer de beoefenaar der wetenschap klaar en duidelijk inziet dat zijn werkzaamheid wordt gericht op een doel dat hij volgens zijn geweten niet mag nastreven, dan moet hij zijn medewerking weigeren" (Kwant). „Wanneer de intellectuelen zich terugtrekken binnen de steeds enger wordende grenzen van het vakgebied, wanneer zij weigeren, het gezamenlijke verantwoordelijkheidsveld en de zedelijke plichten van het volk, juist als volk, te overwegen, hoe kan dan een gezamenlijke bewustwording zich voltrekken? De intellectueel heeft hier een bijzondere t a a k . . . . omdat hij als denkend mens in het leven s t a a t . . . . Men kan en moet er over nadenken hoe de wetenschap tot een zegen voor de mensheid kan worden en welke geesteshouding de mens moet verwerkelijken ten einde dit te bereiken.... Men zal er in moeten berusten dat men werkt voor komende geslachten...." (Kwant).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen