1970 Geloof en Wetenschap : Orgaan van de Christelijke vereeniging van natuur- en geneeskundigen in Nederland - pagina 246

202

ONZEKER WETEN

deel van de zo toegevoegde informatie waardevol te zijn en een ander deel waardeloos.

In het licht van wat ik gezegd heb over het onzekere weten van de natuurkundige zult u begrijpen, dat ik niet alleen die dagen, waarop nieuwe inzichten verworven worden of verschijnselen voor het eerst worden waargenomen, hoogtijdagen in de natuurkunde zou willen noemen, maar ook die dagen, waarop methoden geïntroduceerd worden waarmee de waarden van reeds gemeten grootheden met grotere nauwkeurigheid bepaald kunnen worden. Want verfijnde meetmethoden bieden altijd het perspectief dat nieuwe inzichten verkregen kunnen worden, bijvoorbeeld door waar te nemen, systematische afwijkingen van eerder gevonden wetmatigheden. Het offer dat gebracht moet worden is meestal niet gering: de nieuwe meetopstellingen zijn veelal duurder en ingewikkelder in gebruik en onderhoud en de vereiste meettijden meestal langer. Toch zal de rechtgeaarde natuurkundige deze smarten niet willen ontwijken. Eén van de drijfveren bij zijn onderzoek is immers de drang om de onzekerheid, die zo'n wezenlijk kenmerk van zijn weten is, steeds nauwer te begrenzen. Want deze weg volgend zal hij een steeds betere beschrijving van het object van zijn onderzoek kunnen geven. Door de groei van het wetenschappelijk onderzoek worden we echter steeds duidelijker geconfronteerd met de vraag hoeveel moeite we mogen en moeten doen om de onzekerheid in ons weten verder te beperken. Ongebreideld toegeven aan alle vragen om meer mensen en geld voor wetenschappelijk onderzoek is onmogelijk geworden. Zij, die de middelen voor dit onderzoek verschaffen moeten een keuze maken tussen de verschillende voorstellen. Door deze moeilijke beslissingen zal onderzoek op een bepaald gebied gestimuleerd worden, terwijl ander onderzoek wordt afgeremd. Om tot een verantwoorde keuze te komen zal eerst voor ieder onderzoek nagegaan moeten worden of het betreffende gebied rijp is voor het voorgestelde onderzoek en of er voldoende competente personen zijn die het voorgestelde onderzoek kunnen gaan doen. Ik meen dat dit laatste aspect soms te weinig in de beschouwingen is betrokken. Een beoordeling op deze punten kan voor ieder onderzoek uiteraard slechts door ingewijden gegeven worden. Bij het vergelijken van de schier onvergelijkbare voorstellen uit

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen