GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 174

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 174

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

160 DE V.U. IN O O R L O G S T I J D

honger op haar post bleef. De bibliotheek heeft weinig ge-

leden, maar in de aanschaffing van werken is zooals vanzelf spreekt

stagnatie ontstaan.

In September 1943 ontving de bibliotheek een zeer kostbare

schenking van Mevr. de "Wed. Dr J. van Katwijk, te Oegstgeest,

die daarmede handelde in den geest van haar overleden echtgenoot.

Voor deze schenking zeg ik hier hartelijk dank.

Een zeer blijde bladzijde uit de geschiedenis dezer jaren is die over

het vele, dat door aan onze Universiteit verbonden personen is

verricht in het belang van het vaderland.

Ik kan daarbij niet volledig zijn; ik stip alleen het belangrijkste aan.

In de eerste plaats mag ik dan noemen den naam van Mevrouw

H . B. van der Linden, directrice van het Hospitium aan de Keizers-

gracht. Zij heeft niet alleen ver boven haar krachten zich ingespan-

nen voor het welzijn van de studenten, zoolang dezen er onderdak

durfden zoeken, maar voorts heeft Mevrouw van der Linden met

voorbeeldigen moed en zonder eenigen ophef in onze gebouwen

verzetswerk verricht van de beste soort.

Zij herbergde Joden en onderduikers, soms zelfs geheele fami-

lies met vrouw, kinderen en personeel, zooals in het geval van

de familie Okma, zij troostte vervolgden en opgejaagden, zij zorgde

ervoor, dat geheime vergaderingen en spionnagewerk in het gebouw

op groote schaal konden plaats vinden; zij verborg er wapens en

levensmiddelen.

Vele jongemannen, die geen hol voor den voet meer vinden kon-

den, heeft zij geherbergd en verzorgd. Dat het gevaarlijke gasten

waren, moge blijken uit het feit, dat niet minder dan achttien ver-

zetslieden, die vroeger of later bij haar onderdak vonden, door de

Duitschers gedood werden.

De vraag is wel gesteld, of in zulke gevallen voldoende rekening

gehouden werd met de gevaren, die de bij de Universiteit betrok-

kenen en haar gebouwen en inventaris liepen. Of stringenter nog:

had de directrice wel het recht levens en goederen in de waagschaal

te stellen?

Deze vraag lijkt mij niet moeilijk te beantwoorden.

Het werk, dat Mevrouw Van der Linden deed, moest, naar haar

en mijn overtuiging, gedaan worden.

Verzet moest er gepleegd worden en aan verzetslieden moest het

mogelijk gemaakt worden hun taak te volbrengen. Zij gaf haar

aandeel in het verzetswerk niet als een avontuur, maar als een

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946

Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's

De Vrije Universiteit in oorlogstijd - pagina 174

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1946

Publicaties VU-geschiedenis | 200 Pagina's