Van weledelgeboren tot aktivistens. Dertig jaar V.S.G.V.U. Merlijn 1957-1987. - pagina 43

door het Aktiekomitee-Letteren gevoerd. Desalniettemin namen er veel

geschiedenisstudenten aan deel. In de komende jaren zou Merlijn zich

duidelijker politiek profileren en - gepaard daaraan - zich veel meer

gaan bemoeien met niet-subfakultaire aangelegenheden. De gedachte dat

belangenbehartiging van geschiedenisstudenten niet alleen kon gebeuren

op subfakulteltsnivo kwam op naar aanleiding van de herprogrammerings-

plannen van Van Kemenade en Klein, waarin voorgesteld werd de studie

in te korten en te stroomlijnen. Onderwijsverbetering, vanaf het begin

van de V.S.G.V.U. het belangrijkste doel van de vereniging, kon niet

slechts gezien worden als een puur didaktische en wetenschappelijke

aangelegenheid. Het had te maken met de onderwijspolitiek van de rege-

ring en meer in het algemeen met de maatschappelijke verhoudingen waar-

binnen het onderwijs een rol vervulde.

De gedachte dat de geschiedenisstudie maatschappelijk relevant

moest zijn vormde de leidraad voor het handelen van Merlijn op de sub-

fakulteit. Diezelfde gedachte lag ten grondslag aan het verzet dat

Merlijn leverde tegen de herprogrammeringsplannnen, die immers een

kritische vorming dreigden te belemmeren.

In 1974 werd er op het seminar te Oosterzee uitvoerig over de maat-

schappelijke relevantie van de geschiedwetenschap en studie gediskus-

sieerd. Men kwam tot wezenlijke kritiek. In het traditionele vak ge-

schiedenis was men vaak volslagen wereldvreemd bezig, in naam van de

'wetenschappelijke objektiviteit', zonder oog te hebben voor achter-

liggende theoretische en ideologische denkbeelden waarop die 'weten-

schappelijke objektiviteit' stoelde. Dit moest veranderen. Uitgangs-

punt voor de geschiedwetenschap moest de eigentijdse maatschappij

worden. Het onderzoek moest zich richten op onderwerpen die voor de

hedendaagse samenleving belangrijk waren. Merlijn wilde deze onderwer-

pen niet vastleggen, maar per periode in overleg met alle betrokke-

nen bepalen, dus met staf en studenten. Van stafzijde vreesde men dat

door dit uitgangspuntdde jongste geschiedenis onevenredig veel aandacht

zou krijgen. In Oosterzee achtten de studenten dit gevaar echter klein.

Enerzijds liet de studieopbouw dit niet toe. Anderzijds waren er ge-

noeg maatschappelijk relevante onderwerpen in een verder verleden te

vinden. De vraag wat maatschappelijk relevant was kon niet objektief

beantwoord worden, daar het alles te maken had met de maatschappij-

visie, de politieke stellingname en de ideologische uitgangspunten

41

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen