GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 46

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 46

De geschiedenis van het Paedologische Instituut in Amsterdam 1931-1989

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ge adviezen van Waterink. Ook stond hij bekend als een

persoon, we zagen dat hiervoor al, die veel zaken kon ini-

tiëren en bovendien veel mensen persoonlijk aansprak.

Een zekere tweeslachtigheid was Waterink echter toch

niet vreemd. Zo kon hij vol enthousiasme op een college

vertellen over de verderfelijkheid van de saxofoon - het zou

een zwoel, de erotiek prikkelend instrument zijn - maar

was er wel als de kippen bij toen hij hoorde dat het zoontje

van één van Nederland's beroemdste sportsterren, iemand

die nota bene op zondag zijn beroep uitoefende, op het p.i.

verbleef. Hoewel hij zich toen al lang niet meer bemoeide

met de kinderen, wilde hij toch persoonlijk advies uitbren-

gen over deze kleine. Dat hij de ouders misschien iets te

veel beloofde over de mogelijkheden van het kind dan het

ventje kon waarmaken, deerde hem kennelijk minder dan

de kennismaking met de sportster. Eén van de leukste

anecdotes over Waterink is afkomstig van Remmelt

Mulder die, klagend over zijn slecht geheugen, wel de ene

na de andere kleurrijke anecdote over Waterink weet te

vertellen. Niet echt opmerkelijk want Mulder woonde een

tijd bij Waterink in huis. De anecdote speelt zich afin de

collegezaal, waar toendertijd nog wel eens kinderen ten to-

nele werden gevoerd om studenten een indruk te geven van

een bepaald ziektebeeld. De hoofdpersoon is Wim, een de-

biele jongen en zoon van een publieke vrouw. Nadat Mul-

der hem gevraagd had of hij bezwaar had tegen zo'n optre-

den en deze vraag ontkennend had beantwoord, bracht

Mulder hem de collegezaal binnen en zette hem op een

stoel naast Waterink. Nadat Waterink gevraagd had hoe het

met het knulletje ging, vroeg hij hem wat hij later zou wil-

len worden. 'Nou', zei hij, 'draaiorgelman dat lijkt mij wel

wat'. 'Maar Wim', zei Waterink toen, 'dat kan toch helemaal

niet. Daar gaan van die moeilijke boeken in en dan moetje

verstand hebben van muziek. Je weet best datje niet goed

kan leren, dus dat gaat niet'. 'Dan wil ik stuurman worden',

zei Wim toen. En weer legde Waterink, ditmaal wat om-

standiger, uit dat dit niet mogelijk was. Wim, ondertussen

zo giftig geworden, riep toen ineens: 'Nou, als ik dan hele-

maal niets kan, dan word ik maar professor!'. De studenten

in de zaal lagen dubbel van het lachen en Wim was vanzelf-

44

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

Publicaties VU-geschiedenis | 72 Pagina's

Pionieren toen en nu. De geschiedenis van het Paedologische Institutuut in Amsterdam 1931-1989. - pagina 46

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1989

Publicaties VU-geschiedenis | 72 Pagina's