Vrije Universiteitsblad 1941-42 - pagina 11

1655 en toch is het juist — weer leven uit dat oude verleden om onze toekomst te verzekeren". Want nog altijd is het waar gebleken in de historie: W a t verschijne W a t verdwijne 't Hangt niet aan een los geval. In 't voorleden Ligt het heden, In het nu wat worden zal. En het is allerminst toevallig, dat deze regels voorkomen in hetzelfde gedicht van Bilderdijk, dat aan het slot de profetie bevat van Hollands wederopbloei. De historie stelt ons een taak, want zij is het werk van menschen. Maar tevens biedt zij troost, want uiteindelijk is zij het werk Gods. Wanneer wij alleen maar letten op dat eerste, wordt het ons bang te moede. W a t zullen wij beginnen in een wereld, die davert van het geweld? Is wel ooit het verschiet ZÓÓ donker geweest? Als het van onze activiteit afhangt, kunnen wij evengoed stil blijven zitten bij het weinige gereedschap, dat ons nog rest. Maar Goddank, het verloop der historie hangt n/ef af van onzen arbeid. God wil ons gebruiken, maar nooit heeft Hij ons noodig. De geschiedenis leert, welk een ontzaggelijke invloed er kan uitgaan van één mensch, hetzij ten goede, hetzij ten kwade. Maar zij leert óók, dat de grooten der aarde zijn als was in de handen van den Heer der historie. Zijn werk staat nooit stil, al zouden Zijn arbeiders, zelfs die met tien talenten, worden uitgeschakeld, tijdelijk of voorgoed. Wanneer wij zóó de geschiedenis zien, komt er perspectief in de schijnbare verwarring. Het eene geslacht gaat en het andere geslacht komt. Rusteloos ijvert de mensch en beraamt hij zijn plannen in een wereld, die brandt en bloedt aan alle zijden. Volken en rijken verrijzen en vergaan. Maar te midden van dit alles vinden wij rust in de zekerheid van het geloof, dal het lot van ons leven en van de menschheid vast ligt in de handen van onzen hemelschen Vader. Want wat is het resultaat van alle menschenwerk, zelfs als het schade wil toebrengen aan het werk G o d s ? De Schrift maakt het ons ondubbelzinnig bekend. Het eenige wat 't kan bereiken is : „te doen al wat Uwe hand en Uw raad tevoren bepaald had, dat geschieden zou." Vervolgens hield D s T. Ferwerda

over School en leven.

van

Amsterdam

een

rede

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen