GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vrije Universiteitsblad 1955 - pagina 59

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vrije Universiteitsblad 1955 - pagina 59

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

'Ze zoeken het maar uit' 'Een professor is iemand die in een andermans slaap praat'. Dat is geen vriendelijke definitie. Zoals alle definities, is deze ook zeer eenzijdig. Maar — wij lopen gevaar, dat deze definitie steeds minder eenzijdig gaat worden. Als de V.ü.-professoren college geven, is er geen enkele student die slaapt. Ik herinner mij, hoe één student, die het waagde om met een grote ronde mond te geeuwen, de schrik van zijn leven kreeg, toen Prof. A. Sizoo hem daarover niet letterlijk, maar toch gevoelig op de vingers tikte en met een gezicht van zie-zo weer verder ging met Augustinus. Studenten slapen niet tijdens het college — wanneer zij het wèl doen, is overigens een raadsel. Maar — de V.ü.professoren richten zich niet alleen tot de studenten. I n een verblufiFend aantal artikelen en publicaties voeren zij het woord tot iedereen, die zij daarmee maar kunnen bereiken. En dan zijn er altijd nog velen, die naar hen luisteren. Dan zijn er zelfs armen van geest, die met hun aandacht en belangstelling de 'intellectuelen' beschamen. Maar — het gaat er steeds meer op lijken, dat deze groep kleiner wordt. Dat is uiteraard niet aan de professoren te wijten, maar aan het feit, dat wij op weg zijn schrikbarend onverschillig te worden. Wie zo hier en daar, bijvoorbeeld op huisbezoek, eens informeert haar wat er zo-al gelezen wordt, zal het zeker niet overdreven vinden, wanneer wij zeggen, dat het tijd wordt om aan de noodklok te trekken. De hoofdartikelen in onze Christelijke dagbladen, waaraan in vele gevallen onze V.U.-hoogleraren intensief meewerken, worden steeds minder gelezen. Ondanks de radio en de televisie wordt de geestelijke horizon van velen van 'onze mensen' met de dag kleiner. Het is langzaamaan de slagzin van deze tijd geworden: 'ze zoeken het maar uit!' Aan de ene kant is dit wel te begrijpen. De problemen worden steeds ingewikkelder; er wordt een steeds grotere mate van deskundigheid vereist, om over bepaalde zaken te kunnen meepraten. Maar aan de andere kant is deze toenemende onverschilligheid een gevaarlijke en besmettelijke ziekte, waartegen ook door de V.U. gestreden moet worden met eenzelfde vasthoudendheid, waarmee de kanker en de rheuma worden bestreden. Onze professoren hebben zich met huid en haar in deze strijd geworpen. Zij schrijven het éne artikel na het andere in een tempo, waaraan een mens alleen maar behoeft te denken om al overspannen t e worden. Zij wagen zich aan de vragen van deze tijd; zij

schrijven over de Vaart der Volken, over Kerk en Atoomoorlog, over Huwelijk en Echtscheiding, over RationaUsme en Existentialisme, over Evangelisatie en Massajeugd. Langs de wegen van al deze honderden artikelen komt de V.U. dagelijks de huizen van duizenden mensen binnen. Maar het is om de harten begonnen. Er zijn mensen die zeggen: Al die problemen gaan ons vervelen. Hier kunnen wij 'vervelen' in letterlijke zin opvatten: er zijn er te véél, zodat wij ons vervélen. Wij kunnen ons niet intensief met één vraagstuk bezighouden, want voordat wij het weten, worden wij al weer met een volgend vraagstuk geconfronteerd. Wij leven in de cultuur van het 'te-veel'. En dan is het de gemakkelijkste weg om te zeggen: 'ze zoeken het maar uit'. Overigens wordt dit heus niet alleen uit gemakzucht gezegd. Vooral onder de jongeren zijn er, die een gevoel van teleursteUing hebben over het verleden en een gevoel van onmacht tegenover de toekomst. Die twee gevoelens smelten dan samen in wat de ouderen 'onverschilligheid' noemen. Men kan tegenwoordig alle onverschilligheid niet meer over één kam scheren. Er is een onverschilligheid, die uit gemakzicht en oppervlakkigheid ontstaat. Maar in de laatste tijd krijgen wij steeds meer last van een hogere onverschilligheid, die ontstaan is uit de vergeefse strijd met de vragen van deze tijd. Iemand heeft op een conferentie het voorstel gedaan: 'Laten voortaan de gemeenteleden Zondagavonds nog eens in de kerk bij elkaar komen om samen de krant te lezen'. Dit voorstel is niet zo dwaas als het op het eerste horen lijkt. Wij zuUen samen de krant moeten lezen; in de kerk, met de bijbel ernaast. Wij zitten meestal achter de krant als heidenen en toUenaren. Als heidenen bij het wereldnieuws. En als tollenaren bij de beursberichten. Wij zullen moeten leren om de krant te lezen met de ogen van God. Wij moeten de wereld zien vanuit het hart van God. Bij een door C. D. Saai ingesteld onderzoek is gebleken dat in Nederland kort na de bevrijding slechts 37% van de jonge mannen en 17% van de jonge vrouwen enige politieke belangstelling bezaten. Het grootste deel van ons volk staat tegenover allerlei politieke vragen volkomen onverschülig. Wij zullen ernstig rekening moeten houden met de mogelijkheid, dat ook het grootste heel van 'onze mensen' op weg is om onverschüHg te worden. De V.U. staat op een voorpost bij de strijd tegen deze epidemie. Laten de professoren niet praten in uw slaap, behalve wanneer U droomt over Uw medewerking aan het nieuwe V.U.-complex. O, J. 2527

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1955

VU-Blad | 132 Pagina's

Vrije Universiteitsblad 1955 - pagina 59

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1955

VU-Blad | 132 Pagina's