GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1972 - pagina 123

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1972 - pagina 123

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De fabel der bijen De door prof. dr. B. Goudzwaard aangehaalde 'Fable of the Bees' (fabel van de bijen) werd in 1705 geschreven door Bernard de Mandeville, een Engelse filosoof van Nederlandse afkomst (hij werd gedoopt in Rotterdam en studeerde medicijnen in Leiden). De tweede druk van de fabel (1714) verwekte grote opschudding onder de denkers van die dagen. De Mandeville meende, geheel in tegenstelling tot tijdgenoten als Shaftesbury die zeer veel goeds dacht van de menselijke natuur, dat egoïstisch handelen, overdadig leven en ondeugd van het individu, voorwaarden waren voor een harmonische samenleving en algemene welstand, In de 'Fable of the Bees' schetst De Mandeville het leven in een bijenkorf. Het bijenvolk is machtig. Handel en nijverheid bloeien; kunst en wetenschap staan in hoog aanzien. Toch worden de burgers van het volk door slechte eigenschappen ontsierd en door onedele motieven bewogen. Misbruik makend van anderen, gedreven door grijpgraag, winstbejag, streven ze ernaar hun toenemende behoefte aan luxe te bevredigen. Dat de jacht naar persoonlijk gewin voorwaarde is voor het voortbestaan van de bijenstaat, blijkt, wanneer één bij tot de slotsom komt dat het zo niet langer kan. Met hulp van Jupiter wordt een eind gemaakt aan alle verspilling en losbandigheid. Al spoedig echter blijkt, dat daarmee ook een eind komt aan alle activi-

teiten in de bijenkorf. Het vroeger zo machtige bijenvolk wordt overvallen door vijanden van buiten de korf. De overlevenden vestigen zich tenslotte in een holle boom en slijten daar hun laatste dagen in eerlijkheid en deugdzaamheid. De Mandeville verbindt aan deze geschiedenis de moraal (hiernaast afgedrukt uit de derde druk van 1723) waarin ongeveer staat: Klaag dus niet over ondeugd. Alleen dwazen verbeelden zich, dat de grootheid en macht van een volk afhangt van redelijkheid en eerlijkheid. Het is een utopie, een hersenschim, te menen dat genot, succes en algemene tevredenheid kan bestaan zonder ondeugd. Overvloed, ijdelheid en bedrog zijn nodig als men wil dat een welvarende gemeenschap ontstaat. Met deugd alleen is geen volk economisch levensvatbaar; het zou zich in een treurig isolement moeten terugtrekken. De controverse rond de 'Fable of the Bees' is tot in de tegenwoordige tijd levend. In 1960 nog werd in een Duits proefschrift geconcludeerd dat 'deze leer, die niet overeenkomt met de waarheid en moraliteit, uit den boze is. Ze voert uiteindelijk naar wanorde en verwarring'. De promovendus, een zekere Münstermann, wees tevens op het feit dat de fabel in 1957 werd herdrukt in de DDR. Marx citeert in zijn 'Das Kapital' Mandeville met duidelijke instemming.

aangesneden vraagstuk. 'Dat het woord "geladen" in dit verband waarlijk niet misplaatst is, blijkt bijvoorbeeld uit het gemak, waarmee men in recente discussies over het thema van de economische groei elkaar over en weer pleegt te beschuldigen van onverantwoordelijkheid, volstrekte kortzichtigheid, bedrog, ja zelfs van gemis aan gezond verstand,' aldus de hoogleraar. Het leggen van een direct verband tussen economische groei en dwaasheid, slechtheid of bedrog is overigens niet alleen iets van deze tijd, zei prof. Goudzwaard. Hij verwees daarbij naar de 'Fabel der Bijen' van de hekeldichter Mandeville (zie elders l p deze pagina) en naar 'het diepzinnige schilderij van Jeroen Bosch "De Hooiwagen" om welk symbool van weivaart en overvloed zich iedereen, geestelijke en leek, verdringt om te plukken en te graaien en - maar waarbij niemand schijnt te merken, dat de hooiwagen zelf wordt voortgetrokken door baarlijke duivels, die de gehele meute als vanzelf meevoeren naar blakende vuren van hei en ondergang.' (Zie omslag en pagina 18). Het laatste deel van de rede van prof. Goudzwaard drukken we in dit nummer woordelijk af (pagina 21), gevolgd door een interview. Prof. Goudzwaard (38 jaar) was van 1959 tot 1965 als economisch medewerker verbonden aan de dr. A. Kuyper-Stichting. Van 1967 tot 1971 was hij tweede-kameriid voor de A.R.-partij. Hij volgt aan de VU de onlangs geëmeriteerde prof. dr. T. P. van der Kooy op.

T H E

M O R A L .

T

HEN leave Cm}>lamts: Fools onlyftrive {X.) To make a Great an Honeji Hive.

(T.) renjoy the World's Qonveniencies^ Be fanid in IVar, yet live in Eafe Without great Vices, is a vain E u T o p IA feated in the Brain. Fraud, Luxury and Tride mufi live^ Whilji we the Benefits receive : Hungers a dreadful Tlague, no doubt, Tet who digefis or thrives without

"i

1)0 we not owe the Growth of Wine To the dry jhabby crooked Vine ? Which, whilji its Shoots negle£ied flood, Choak'd other Tldnts, and ran to Wood; But bleji us with its noble Fruit, As foon as it was ty'd and cut: So Vice is beneficial fiound. When it's by Jnfiice Nay,

lopt and bound-.

where the Teople would be great.

As necefary

to the

^ate,

As Hunger

is to make 'em eat.

Bare Virtue

cant make Nations

In Splendor;

they,

A Golden Age, For Acorns,

that would

live revive

mufi be as free.

as for

Honefty.

FINIS.

If

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's

VU Magazine 1972 - pagina 123

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1972

VU-Magazine | 570 Pagina's