GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1977 - pagina 225

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1977 - pagina 225

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

n} magazine 3

Veel lezers weten niet waar hun krant politiek staat , ,De uitkomsten van ons onderzoek pleiten voor het instellen van een vak ,,krantenlezen" op de middelbare scholen. Kinderen zouden moeten leren hoe ze een krant moeten lezen; hoe argumenteringen daarin worden opgebouwd; hoe die van krant tot krant kunnen verschillen; welke standpunten op politiek terrein er worden ingenomen; hoe die moeten worden gewaardeerd. Het gebruik van de media moet kennelijk worden geleerd". aldus dr. J. J. Van Cuilenburg en dr. G. W. Noomenin de loop van een gesprek over hun beider proefschriften. Wat daarin op een gegeven moment naar voren komt. liegt er dan ook niet om: veertig procent van bijvoorbeeld de Telegraaf-lezers weet niet te vertellen waar hun krant politiek staat; de overige zestig procent redeneert de politieke opvattingen die in de krant worden uitgesproken, op een geweldige manier naar zichzelf toe. Zo kan het gebeuren - om een voorbeeldje te geven - dat een PvdAstemmende arbeider De Telegraaf leest en vindt dat die krant redelijk progressief is. Assimilatie, heet dat in het onderzoek. Onder zulke voorwaarden moeten kranten zien bij te dragen aan de politieke meningsvorming. ,,Niet erg voordelige voorwaarden", meent dr. Van Cuilenburg. De bemoeiingen van Van Cuilenburg en Noomen met de krant en zijn lezers stammen uit de periode 1972-'74. Ze waren toen betrokken bij een onderzoek naar het dagblad De Tijd, dat in grote moeilijkheden verkeerde. De redactie poogde te komen tot een nieuwe, formule'', welke pogingen werden ondersteund door onderzoek (zie VU-magazine mei '74). Allerlei kenmerken uit de inhoud van De Tijd werden ,,gekoppeld" aan vergelijkbare opvattingen van de lezers. Toen reeds werd duidelijk, dat de feitelijke inhoud van De Tijd een veel minder grote rol speelde dan mocht worden verondersteld als het ging over de ,,binding" van de lezers aan de krant. Veel lezers bleken de beslissing ,,abonnee-blijven of opzeggen" buiten de redactionele inhoud om te nemen.

Unieke kans Sindsdien is er veel gebeurd. De Tijd verdween als dagblad (laatste nummer: 31 au-

Dr. J. J. van Cuilenburg

Dr. G. W. Noomen

gustus '74). Tot degenen die dit heengaan betreurden behoorden ook Van Cuilenburg en Noomen. Tegelijk echter zagen ze unieke mogelijkheden voor onderzoek. Want het verdwijnen van De Tijd maakte, dat een grote groep lezers in één klap zouden moeten gaan omzien naar een ander blad. Hoe zouden ze hun keus bepalen? Zouden ze er andere opvattingen op na houden dan De Tijd-lezers die hun abonnement al eerder hadden opgezegd? Zou. wat zich tussen De Tijd en zijn lezers had afgespeeld, ook gelden voor andere bladen? Om daarover iets te kunnen zeggen werd ook een groep Telegraaf!ezers benaderd. Er werden alles bij elkaar ondervraagd: 875 Tijd-lezers, die na het verdwijnen van hun blad naar iets anders hadden moeten omzien; 115 Tijd-lezers die voor die tijd al hadden bedankt en 344 Telegraaf-lezers. Daarnaast werden alle landelijke dagbladen. twee grotestadkranten (Parool. Vrije Volk) en drie regionale kranten (Eindhovens Dagblad. De Gelderlander. De Stem) aan een inhoudsanalyse onderworpen. Over de koppeling van ,,lezers" en ,,kranten" straks meer.

Als het aan Van Cuilenburg en Noomen had gelegen, hadden ze hun onderzoek hei liefst in één proefschrift beschreven en dat op één promotie-plechtigheid verdedigd Aan de VU is dit echter geen gebruik en 7ii werden het twee boeken (,,Beweren ei: Motiveren, een onderzoek naar de steltivheid van meningen bij kranten en lezers' doorG. W. Noomen &n,,Lezer, kranten en Politiek, een empirische studie naar Nederlandse dagbladen en hun lezers" door J. J. Van Cuilenburg: beide boeken vei schenen bij de VU-boekhandel) en twee plechtigheden. In dit verhaal worden ze als één geheel behandeld

Democratie Het thema waarmee de vakgroep Kommu nicatiewetenschap aan de VU zich bezighoudt, luidt ..massa-media en democratie". Een democratie kan moeilijk funclu^neren zonder dat van alle kanten informatie van allerlei kleur of smaak verkrijgbaar is. Om het in de woorden van minister Van Doom (CRM) te zeggen: ,.Voor het fum tioneren van de democratie is een veelzijdige informatie van wezenlijke waardi Het gaat hier enerzijds om de invloed dn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1977 - pagina 225

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1977

VU-Magazine | 484 Pagina's