GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1978 - pagina 340

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1978 - pagina 340

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

1 ^ magazine 30 het ontijdig overlijden van Ds. J. W. Tunderman en Mr. Carel Abraham worden vermeld; ook menig ander lid was nog aan de willekeur van een misdadig regiment onderworpen. De causerie van Mr. Vonkenberg kreeg de volle aandacht van de vergadering en gaf a.anleiding tot een levendige, openhartige discussie. Toekomst Hoezeer de toekomst VoUenhoven in deze tijd bezig hield, blijkt ook uit een voorstel dat door de ledenvergadering van 20 Oct. 1943 werd aangenomen. Het Bestuur zou zich bezinnen op een schema voor een serie onderwerpen, dat aan de kringbesturen zou worden toegezonden ter bespreking in het komende winterseizoen. Dat schema kreeg als algemene titel mee: ,,Taak van de volksgroep, waartoe onze Reünisten behoren". In Januari 1944 is de door het bestuur ontworpen ,,schets" nog naar alle kringen uitgegaan. Zo was dan wel het besluit van de vergadering van 20 Oct. 1943 uitgevoerd. Maar VoUenhoven zocht intussen naar een groter bereik van de op gang te brengen bezinning. Sinds 1937 waren de Reünistenorganisaties van FQI, SSR en NDDD met elkaar in overleg over de vraag - door G. Brillenburg Wurth in een referaat zó geformuleerd: ,,Wat kunnen wij als gereformeerde akademisch gevormden, individueel en samenwerkend in de reünistenorganisaties, met onze wetenschap voor het gereformeerde volk zijn?" Die besprekingen hadden, na driejaar, geleid tot het plan voor een congres van gereformeerde akademici, te houden in October 1940. Het uitbreken van de oorlog in Mei 1940 heeft de uitvoering ervan verhinderd. Maar zo spoedig mogelijk na de oorlog moesten de contacten worden hervat en zo mogelijk nog uitgebreid. Eigenlijk kon dit niet eens tot ,,na de oorlog" wachten. In het archief van de R.O. vond ik een voorlopig ontwerp van schrijven, van de hand van Vollenhoven, waarmee de R.O. van NDDD zich tot haar zusterorganisaties zou moeten richten. Het is ongedateerd, maar stamt vermoedelijk uit het begin van 1944. Uiteraard kon toen nog niet worden voorzien hoe de oorlog ook voor Nederland zou eindigen in chaos, onvoorstelbare armoede en in de diepste misère. Evenmin kon de verdergaande verscheurdheid van de gereformeerde gezindte - de breuk van zomer 1944 in de geref. kerken en haar desastreuse gevolgen voor de

juist zo nodige bundeling van de gereformeerden op elk gebied - in rekening worden gebracht. Ontwerp Hoewel slechts een ontwerp, sluit het enerzijds aan bij wat reeds voor de oorlog tussen '37 en '40 in het gemeenschappelijk overleg van de R.O.'s naar voren was gekomen. Anderzijds geeft het ook treffend weer hoe VoUenhoven - zelf behorend tot die akademici van de geref. gezindte - de oorlog persoonlijk heeft ervaren. Dat blijkt te meer uit een losse aantekening, aan de keerzijde van de laatste pagina van dit stuk, naar aanleiding van Amos 7 : 8 ,,Wel noemt God Israël nog Zijn eigendom; maar Wanneer Jahweh meten gaat, wat zal dan nog recht blijken? Reeds hoort hij het sombere oordeel: , ,Ik zal het voortaan niet meer voorbij gaan" VoUenhoven heeft in de oorlog ook iets van dat oordeel geproefd, dat tot ootmoed en bekering zou moeten leiden. En nu dan de tekst van het ontwerp: Commilitone! Het spreekt vanzelf dat tegenwoordig de vragen in zake de toekomst van ons vaderland bij velen in het centrum der aandacht staan. Alsook dat die Nederlanders, welke in het leven van ons volk vroeger een vooraanstaande plaats innamen, zich, onder den indruk van de catastrophe die de oorlog op menig gebied te zien gaf, bezinnen op de vraag, of hun vroeger werk tegen deze crisis bestand bleek en, zelfs indien dit het geval was, of het dan in denzelfden geest als voorheen zal moeten worden voortgezet dan wel een min of meer ingrijpende wijziging dient te ondergaan. Onder deze groep vaderlanders nu ressorteren ongetwijfeld de meeste Reünisten der verschillende studentencorpsen. Dank zij het voorrecht dat zij in hun jeugd zich in den breede konden voorbereiden voor de taak die hen wachtte, zagen zij immers zich niet zelden geroepen tot het bezetten van belangrijke posten, die hun gelegenheid boden een niet geringen invloed op het leven van ons volk uit te oefenen. En mede door den critischen inslag, alle echt universitair onderwijs eigen, zijn zij zich allicht meer dan anderen bewust van de noodzaak in deze benarde tijden eigen werk aan een diepgaande critiek te onderwerpen. Ook de Christen zal zich aan deze plicht niet willen onttrekken. En dat hij bij de uitvoering van die taak een

norm mag aanleggen, die niet uit het menschelijk cultuurleven stamt, zal het te bereiken resultaat slechts ten goede komen. Met name ligt hier een roeping voor den Calvinist. Van jongsaf gewend aan den eisch, overal voorde eere Gods op te komen, vond hij in de worsteling om de greep op ons^i'olk z'n geestverwanten in de voorste gelederen. Daarbij viel de vorige generatie geen inspanning te zwaar. Onder de bezielende leiding van Kuyper e.a. bestond zij het den strijd vrijwel overal tegelijk aan te binden. Om de belijdenis der waarheid heeft het geslacht dat nu reeds goeddeels van ons ging geworsteld in kerk en zending, in school en jeugdbeweging, in staatkunde en vakorganisatie, in de christelijk-sociale beweging en in het werk der barmhartigheid, en daarbij smaad noch offer gemeden. En dit werk is op al deze terreinen rijk gezegend. Zoodat het resultaat van dezen arbeid ons volk reeds spoedig in alle lagen ten goede kwam en wij, de volgende generatie, dagelijks menige vrucht van dezen heroïschen geloofsstrijd mogen plukken. In het snelle tempo waarmee deze winst kon worden geboekt, schuilde intusschen ook meer dan één gevaar. Voor nadere bezinning op menige toch belangrijke vraag was niet voldoende tijd beschikbaar. Reeds dit moest zich op den duur wreken. Ernstiger dan dit tekort aan theoretische verheldering was dat reeds spoedig de band aan God en Z'n woord wat verslapte. Dit immers leidde tot een bedenkelijke verschuiving in het accent. De klemtoon kwam op de actie te liggen. Mede uit rechtmatige afkeer van het quietistische element in de op ons werk uitgebrachte critiek, vervielen we ten deele zelfs tot een soort activisme, dat door nieuwe resultaten eer aangemoedigd dan getemperd werd. Zoo geraakten we, al strijdend, in deze wereld ,,thuis" en vergaten jicht het karakter van ,,eindtijd", dat geheel de periode tusschen de eerste en de tweede komst van den Christus, en dus ook onze eeuw, toch typeert. Onze uitwendige triumphen gingen dan ook reeds vrij spoedig met geestelijke verarming gepaard. Onze actie kwam ten deele op zichzelf te staan: we zagen haar niet meer genoeg als uiting der dankbaarheid. Ook ons gebedsleven zonk in. Geheel de verhouding van ons leven tot den Christus geraakte op den achtergrond. En met haar de vreeze des HEEREN, die het ontziet Hem door concrete zonden te vertoornen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1978 - pagina 340

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1978

VU-Magazine | 484 Pagina's