GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1980 - pagina 490

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1980 - pagina 490

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wl MAGAZINE IS

16 mrt. 1971 De gemeente Abbekerk stelde de trouwzaal ter beschikking aan de dakloze familie Huizer. Een tijdje kon er niet meer getrouwd worden. Juliana bleef hangen.

Onbillijk Op papier leek vorderen simpel. De praktijk leerde ai snel anders als B en W van hun bevoegdheid ook werkelijk gebruik maakten. We geven hierna twee voorbeelden die verhelderen waarom gemeenten kopschuw werden woonruimte te vorderen ten behoeve van urgente gevallen. In beide gevallen ging het om een konflikt tussen B en W. en een woningbouwvereniging. De woningbouwverenigingen vinden dat er rekening moet worden gehouden met haar ledenlijst. Een aantal gemeenten vordert op soms vrij grote schaal woonruimte voor niet-leden in de huizen van woningbouwverenigingen, of voor laag op de lijst bungelende leden. Van belang was daarom de uitspraak (in 1947, nog hetzelfde jaar waarin de wet tot stand kwam) van Gedeputeerde Staten van Utrecht in een beroep dat door de woningbouwvereniging „De Angsteistroom" te Abcoude werd gedaan inzake een vordering van woonruimte door het gemeentebestuur van Abcoude. De gemeente wijst de nummers 20, 37, 38, 39, 46, 50, 51 en 58 van de ledenlijst een aantal woningbouwwoningen toe. Gedeputeerde Staten vatten de zaak van het eigendomsrecht principieel op, een eigendomsrecht dat volgens de Woonruimtewet garandeert dat de eigenaar zijn bezit mag terugvorderen voor eigen woningbehoeften. Welnu, redeneren GS van Utrecht, er zijn geen argumenten die een onderscheid rechtvaardigen tussen een partikuliere ei-

genaar en de leden van een woningbouwvereniging „die toch als de gezamenlijke eigenaren van de woningen dier vereniging moeten worden beschouwd". Zo'n onderscheid zou een achteruitstelling van de laatstbedoelde eigenaren zijn waarvan „de onbillijkheid, mede in aanmerking genomen de taak en werkzaamheden van een Woningbouwvereniging in het algemeen (volkshuisvestings-) belang, des te sterker spreekt". Het besluit wordt teruggedraaid.

Voet bij stuk, verbittering In 1953 haalt een tweede slepende vorderingskwestie, in Brabant, de pers. Wederom een konflikt tussen een woningbouwvereniging en het kollege van B. en W. Op 8 november 1952 bericht de bouwvereniging per brief dat een van haar woningen op 1 december leegkomt en zij deze graag aan een verenigingslid ziet toegewezen. Uitgerekend dezelfde dag vragen B. en W. de ledenlijst van de vereniging op. Twee dagen later deelt de wethouder mee dat B. en W. een eigen kandidaat hebben en op 12 november dat het verzoek van de vereniging is afgewezen. Is nu aan de eis van „overleg" voldaan? Nee, zegt de vereniging, we zijn voor voldongen feiten geplaatst. Ja, zeggen B. en W., we hebben immers op-8 november (de dag dat de vereniging haar brief op de post deed!) de ledenlijst opgevraagd en daarna nog een telefoongesprek gevoerd. B. en W. willen nu de woning vorderen. Ook de advieskommissie

\

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

VU-Magazine | 514 Pagina's

VU Magazine 1980 - pagina 490

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1980

VU-Magazine | 514 Pagina's