VU Magazine 1982 - pagina 476

De planning van de vijand zal overtrokken zijn (overreaktie) omdat de informatie over militair onderzoek geheim is". Over aard, omvang en plaats van het militaire onderzoek in Nederland was tot dusver niet veel bekend. In 1980 verscheen er een summiere ,,Notitie Defensieonderzoek" van de Minister van Wetenschapsbeleid, waarover de vaste Kamercommissie van Defensie en Onderwijs eenmaal heeft gsproken. Van der Berg (PvdA) stelde toen dat de notitie onvoldoende mogelijkheden biedt voor parlementaire controle. De opsomming is onvolledig, over de omvang wordt niets gezegd en de inhoud van het onderzoek wordt alleen aangestipt. Verder wordt in een verouderd uit 1977 daterend ,,Rapport" inzake het Militair Industrieel Complex" iets gezegd over onderzoek. En tenslotte is er de brochure ,,Hersenen des doods", in 1980 uitgegeven door het Anti Militairistisch Buro in Nijmegen, door De Zeeuw en Van Doggenaar beoordeeld als,,zeer amateuristisch". Enkele kritische kanttekeningen worden gemaakt bij de redenen die worden aangevoerd waarom Nederland aan militair onderzoek doet. Erkend wordt dat Nederland inderdaad op slechts een paar gebieden een zelfontwikkelend land is, maar niet juist achten de beide onderzoekers de bewering dat alleen ,,verdedigende wapens" zouden worden ontwikkeld. Fregatten en onderzeeërs zijn dat niet. Verder zijn de Sonar, radar, vuurleiding enz. die Nederland onwikkelt onmisbare onderdelen van élk wapensysteem. ,, Wapensystemen op zichzelf kunnen niet,,aanvallend" of,,verdedigend" genoemd worden", stellen de beide auteurs . ,,Dat hangt af van het gebruik dat ervan gemaakt wordt". Het profijt dat de civiele industrie zou hebben van militair onderzoek wordt volgens de onderzoekers zeer overdreven voorgesteld. Aangehaald wordteen uitspraak van prof. Muyderman, die meent dat 10 a 15 % van het militaire onderzoek vruchten afwerpt in de civiele sector. Tenslotte wordt nog wat afgedongen op de bewering dat eigen militair onderzoek nodig is om die te kunnen ruilen tegen buitenlandse. ,,Veel landen zoals de VS willen hun kennis eigenlijk helemaal niet ter beschikking stellen en alleen ontwikkelde systemen verkopen". Belangrijk motief van de beide economie-studenten bij de keuze van hun onderwerp was de rol van militair onderzoek in de bewapeningswedloop. (BvK)

434

Over kernwapens wordt veel gesproken en geschreven. Zelden echter gebeurt dat met de kennis van zaken die prof. dr. Frank Barnaby, eredoktorvan de VU, op dit terrein heeft. Een unieke kans om met prof. Barnaby van gedachten te wisselen over de mogelijkheden en de vooruitzichten van een kernwapenvrije defensie doet zich thans voor.

Den Haag, Amersfoort en Assen

Prof. Barnaby verzorgt VUSAcursus „Defensie zonder kernwapens" In Den Haag, Amersfoort en Assen zal prof. Barnaby begin volgend jaar een VUSA-cursus over dit onderwerp verzorgen. Als basis voor de cursus dient het nieuwe boek ,,Defensie zonder kernwapens" (uitgave Meulenhoff), dat prof. Barnaby schreef, samen met de VU-hoogleraar prof. dr. Egbert Boeker. Bij de prijs van de cursus is een exemplaar van het boek, dat in de winkel ƒ 14,50 kost, inbegrepen. Hoewel prof. Barnaby Engels zal spreken, zullen de hoofdpunten uit zijn inleidingen via ,,overheadprojectie" in het Nederlands toegelicht worden. Men kan zich opgeven bij het VUSAcentrum, postbus 7161,1007 MC Amsterdam, tel. (020) 5 48 26 74 (b.g.g. 5 48 37 13). Prof. dr. Charles Frank Barnaby heeft een indrukwekkende staat van dienst op het gebied van de nucleaire fysica en kernwapens. Grote bekendheid verwierf hij als directeur van het Internationale Instituut voor Vredesvraagstukken in Stockholm (SIPRl). Sinds 1980 is prof. Barnaby eredoktor van de Vrije Universiteit in de wis- en natuurkunde. In alle plaatsen ziet het cursusprogramma er als volgt uit: 1e avond. Kernwapens als wereldvraagstuk. Prof. Barnaby begint de cursus met Cursusrooster prof. Barnaby % Den Haag: ma. 17/1 Amersfoort: ma. 21 / 2 Assen: ma. 2 / 5

een beschrijving van de huidige kernwapenwedloop, die de waarschijnlijkheid van een kernoorlog doet toenemen. Hij geeft de argumenten voor dit standpunt. Bovendien stelt hij de kosten van de kernbewapening aan de orde, uitgedrukt in mankracht, intellect, geld en grondstoffen, die nodig zijn om dit militaire apparaat in stand te houden, 2e avond. Het Europese probleem. Deze avond zal gaan over het specifieke risico voor Europa in geval van een kernoorlog en over hetgeen dit continent zou moeten doen om haar eigen veiligheid te vergroten. Een mogelijkheid daartoe zou zijn het ontwikkelen van een alternatieve defensiepolitiek zónder kernwapens. 3e avond. Met het oog op de toekomst. Wat kunnen wij doen'met het oog op voortgaande kernbewapening? Op deze avond komen dé vooruitzichten aan de orde van het onder controle houden van de kernwapenwedloop, die de grote mogendheden blijven ontketenen. Er wordt ook ingegaan op de rol van de internationale wapenhandel en de verspreiding van kernwapens op wereldschaal. Prof. Barnaby besluit deze serie lezingen met een schets van de rol, die de publieke opinie in deze zaken speelt. (GJP)

ma. 24/1 ma. 28/2 ma. 9/5

ma. 31/1 ma. 7/3 ma. 16/5

vu-Magazine 11(1982) 12 december 1982

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen