GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1983 - pagina 52

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1983 - pagina 52

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Plan voor korter werken aan de VU:

Meer mensen aan het werk De Nederlandse Universiteiten en Hogescholen staan voor een periode van ingrijpende bezuinigingen. De ministervan Onderwijs en Wetenschappen, drs. W. J. Deetman, heeft september jl. in een nota de instellingen opgedragen om de komende jaren steeds meer in te krimpen zodat in 1987 de gezamenlijke begroting 258 miljoen gulden lager is. De minister zelf geeft daarbij aan dat het gaat om het verlies van 2.500 tot 3.000 volledige arbeidsplaatsen. Voor de VU ligt het getal nog niet vast, maar het zal niet ver onder de 300 liggen, dat is 10 % van de huidige personeelssterkte. De argumentatie van de minister is tweeledig. In de eerste plaats moet er bezuinigd worden door verbetering van de samenwerking tussen universiteiten. Niet iedere universiteit zal alle mogelijke studierichtingen kunnen verzorgen. Een student zal voor bepaalde vakken of onderdelen slechts aan een enkele Nederlandse Universiteit terecht kunnen. In de tweede plaats voorspelt de minister een daling van studentenaantallen op grond van lagere geboortecijfers. Er hoeft dus minder onderwijs gegeven te worden en er is daarom minder personeel nodig. De overblijvende afdelingen aan de Universiteiten zullen dus moeten ,,afslanken". door prof. dr. Egbert Boeker en prof. dr. Bob Goudzwaard De universiteiten hebben zich bij deze ~ op zichzelf redelijke — argumenten neergelegd. En de gezamenlijke Colleges van Bestuur hebben een commissie ingesteld, die op 4 maart 1983 met een plan komt hoe de bezuinigingen worden verdeeld. Voor de VU zal dit betekenen, dat sommige studierichtingen w/orden opgeheven; anderen zullen in samenwerking met instellingen uit de omgeving worden verzorgd. De meeste overige studierichtingen zullen het moeten stellen met minder personeel. In dit artikel gaat het ons om de gevolgen voor tiet personeel aan de VU en aan de andere instellingen. Er wordt een plan beschireven, dat niet alleen tiet ergste leed verzactit, maar ook een aanzet geeft tot een maatschappelijk wenselijke ontwikkeling: meer mensen aan het werk. Daartoe moet eerst eens worden gekeken naar de werkgelegenheid in Nederland op langere termijn.

WERKGELEGENHEID 1 0 0 0 MENSJAREN

.

2000

DiefeTEN

BRUTO NATIONAAL PRODUCT, MLD.GLI. 1977

1500

i

y 1000

/

NlJVEta:lD

/

/

/

500

/

300.

^^•^^ ^N

/

'

200-

BOU;^

LANDBOUW

Minderarbeidsuren perjaar In een geïndustrialiseerd land als Nederland wordt het nationale inkomen verdiend in de marktsector: in de landbouw, de industrie en de dienstverlenende bedrijven (banken, handel, enz.). De overheidssector, waaronder onderwijs, gezondheidszorg en de ambtenaren, wordt in feite daaruit betaald. 46

1963

1970

1980

In deze figuur ziet men dat de werkgelegenheid in de bedrijfstakken sinds 1970 is afgenomen; In de dienstensector trad de vermindering rond 1980 op. De werkgelegenheid staat uit langs de linkeras. Langs de rechteras staat het Bruto Nationaal Product in guldens van 1977 (dus voor inflatie gecorrigeerd). IMen ziet dat de afname van de werkgelegenheid in de meeste sectoren plaatsvond bij economische groei.

Als we kijken naar de aantallen arbeidsplaatsen irt de verschillende sectoren, dan blijkt dat de werkgelegenheid in landbouw en industrie al enige tijd dalende is. Daf was oo/(A?ef ge va//n de periode van sterke economische groei, die we kenden tot 1975. Deze daling wordt veroorzaakt door het gebruik van de moderne wetenschap en technologie, die leidt tot aanzienlijke stijging van de arbeidsproduktiviteit. De dienstverlenende bedrijven konden jaren lang hun aantallen arbeidsplaatsen uitbreiden, maar ook hier wordt sterk geautomatiseerd en wordt met minder arbeidsuren hetzelfde werk verzet. Voor de overheidssector tenslotte, geldt globaal hetzelfde. Afgezien van het feit, dat door bezuinigingen arbeidsplaatsen verloren gaan geldt, dat veel werk in de overheidssfeer lijkt op dat in de dienstensector: ook daar zullen machines voor bepaalde functies steeds vaker goedkoper blijken dan mensen en zal het aantal arbeidsuren dienovereenkomstig afnemen. De conclusie is, dat het totale pakket aan goederen, diensten en overheidsdiensten in Nederland met steeds minder arbeidsuren per jaar kan worden geproduceerd. Dit geldt zeker in de huidige, slechte economische situatie. En als de economie nu weer aantrekt? Alleen als de economische groei groter is dan de stijging van de arbeidsproductiviteit zal dat meer werkgelevu-Magazine 12 (1983) 2 februari 1983

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's

VU Magazine 1983 - pagina 52

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1983

VU-Magazine | 520 Pagina's