GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1986 - pagina 346

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1986 - pagina 346

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

uiteindelijke opheffing van het genootschap Felix Meritis een gezelligheidsvereniging voor de ultieme deftigheid vai Amsterdam. Dit in 1777 opgerichte genootschap stelde zich ten doel in strikt besloten kring de beoefening der wetenschap en schone kunsten te bevorderen. De echte elite liet zich er immers graag op voorstaan een belangstelling aan de dag te leggen die op meer gericht was dan op geld alleen; men zag zichzelf graag als cultuurkenner en begunstiger van de letteren, de beeldende kunsten en de (natuur)wetenschap geafficheerd. Felix Meritis bood de betere standen de mogelijkheid zich aldus te laven aan kunst en cultuur en zich uit te leven in 'deftig amateurisme'. In een statig pand aan de Amsterdamse Keizersgracht werden lezingen georganiseerd en concerten gegeven. De leden konden bovendien actief meedoen in afdelingen waarin men zelf de aandacht mocht richten op letterkunde, natuurwetenschap of koophandel. Hier kon men zich, ver weg van het plebs, met een gerust hard overgeven aan 'La vie mondaine': ,,Bloem en vrucht der beschaving, die slechts dan wuftheid en ijdelheid ontgaat, wanneer zij zich laat doordringen door hoogere uitingen van geest en gemoed. Laat de menigte vrijelijk stroomen naar operette en cirque, mits er toch een kern overblijft, die een bouqet van reine en fijne genietingen het allerhoogste stelt", aldus één der notabele voorzitters van Felix, mr. H. P. G. Quack. Rond 1850 was Felix Meritis nog een bloeiend genootschap. De hoge contributie — zestig gulden 's jaars die de algemene leden bij vooruitbetaling dienden te voldoen — werd met genoegen neergeteld; er waren belangstellenden genoeg, die zich zelfs niet lieten afschrikken door de diepgravende en soms vernederende ballotageprocedures. Maar snel na 1850 kwam de klad erin. Voor een deel waren financiële problemen de oorzaak van de onverwachte terugval: de inkomsten uit contributies liepen terug en men kon de hoge gagementen van beroemde muzikanten niet meer opbrengen. Maar er lag ook een die-

pere, culturele wijziging aan ten grondslag. De tijden bleken plotseling wel erg snel te veranderen. Al in 1857 klaagde het bestuur dat Felix Meritis niet langer voldeed aan de eisen die de moderne tijd bleek te stellen. Een nieuwe generatie uit gegoede kringen voelde zich kennelijk ineens niet meer thuis in dit bezadigde milieu en ging op zoek naar ander vertier. Een artikel in de NRC van 2 maart 1887 meldt: ,,Er is iets vormelijks, iets dat aan een ancien-regime doet denken in alles wat van Felix uitgaat, en welk ook zijn stempel gedrukt heeft op het gebouw zelf. De stille, deftige Keizersgracht heeft het verloren tegen de woelige Kalverstraat. Het sociëteitslokaal van Felix zet dagelijks zijne deuren open, maar zijne weivoorziene leestafel lokt er tevergeefs de bezoekers, die zich in de 'Groote Club' verdringen. Het sans-gêne in onze vormen, aangekweekt door het drok bezoek van operette en cafe-chantant, voelt zich bekneld in de statige lokalen van Felix Meritis. Wie er een concert bezoekt, behoort zich de moeite te getroosten en frac te verschijnen en is gehouden pels en hoed bij het binnengaan aan den bediende ter bewaring af te geven. De muzen in Felix wenst men met een zekere distinctie behandeld te zien." Het is tekenend voor de traditionele hoogste standen dat men geen concessies heeft willen doen aan de eisen van die nieuwe tijd: aan een ruimer toelatingsbeleid mocht niet worden gedacht, aan de omgangsvormen werd niet getornd en andere soorten van vertier bleven taboe binnen de muren van Felix Meritis. Het genootschap hief zichzelf op in 1889. Weinige leden van dit destijds toch zo illustere gezelschap zullen hebben kunnen vermoeden, dat hun statige onderkomen — thans in gebruik als theater voor met name experimentele vormen van toneel en kleinkunst — in deze eeuw lange tijd het bolwerk is geweest van de communisten. Het kan verkeren, zei Bredero al... D

Een poppenkast op de Amsterdam se Herengracht aan het begin deze eeuw

Boudien de Vries: Electoraat en elite; Sociale structuur en sociale mobiliteit in Amsterdam 1850-1895. Uitgeverij De Bataafsche Leeuw, Amsterdam. Prijs: f 39,50.

Opvoedingscondities in twintigste-eeuwse gezinnen

'DE TV IS GEKOMEN EN DOET MAAR' Roeleke Vunderink Vroeger investeerden ouders vooral geld en materiële zorg in hun kinderen in de hoop daar goede arbeidskrachten voor terug te krijgen of een voldoende oudedagsvoorziening. De laatste tientallen jaren investeren ouders naast geld vooral emotionele zorg in hun kinderen. Een emotionele zorg die zij later hopen terug te krijgen maar die vaak een te zware druk op de kinderen legt. Aldus de Nijmeegse historicus Henk van Setten, die onlangs promoveerde op een onderzoek naar de opvoedingscondities in de twintigste eeuw. 304

Over het moderne kerngezin doen onder wetenschappers twee theorieën de ronde. De eerste handelt over een functieverlies van het gezin. De maatschappij zou, bij voorbeeld via het onderwijs, zoveel functies van het gezin hebben overgenomen dat er van opvoeding in het gezin vrijwel geen sprake meer is. Het contact tussen ouders en kinderen zou meer een vrijetijdsbesteding zijn geworden. Vanuit dit gezichtspunt leek een onderzoek naar de opvoedingsfunctie van het gezin weinig zinvol. De andere theorie kent het gezin juist een sleutelfunctie toe bij de opvoeding, een door Freud geïnspireerde gedachte. Het gezin is in deze visie immers de plaats waar de persoonlijkheid wordt gevormd. Onderzoek op dit terrein gaat vaak meer uit van ideëen over opvoeding van de ouders dan van de dagelijkse opvoedingsrealiteit. Over die dagelijkse opvoedingspraktijk is, zo constateert Van Setten, maar bitter weinig onderzoek verricht. Bovendien beperkten die paar onderzoeken zich tot de heel jonge kinderen of de adolescenten. In zijn eigen onderzoek stelt Van Setten daarom de VU-MAGAZINE -

SEPTEMBER 1986

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's

VU Magazine 1986 - pagina 346

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1986

VU-Magazine | 496 Pagina's