GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1993 - pagina 81

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1993 - pagina 81

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

waarin de werking van fysiotherapie bij lage rugklachten werd aangetoond. Dat vroeg om een nadere beschouwing. Faas: " W e wilden een therapie onder de loep nemen die de meeste kansen had om effectief te zijn, ook in preventieve zin. Daarom kozen we voor oefentherapie. Het idee was dat als de huisarts in een vroeg stadium oefentherapie voorschrijft, je winst kunt behalen, ook en met name voor de toekomst. D e fysiotherapeut zou de patiënt een aantal oefeningen kunnen leren, waardoor de rugpijn snel zou m o e ten verdwijnen. Mochten de klachten zich herhalen, dan zou de patiënt daar dankzij de geleerde oefeningen en technieken beter mee om kunnen gaan en niet opnieuw bij de huisarts hoeven aankloppen. Eigenlijk vind ik dat nog steeds een mooi idee."

stillend en de genezing bevorderend. In de derde groep kreeg elke patiënt individueel oefentherapie en advies over zaken als de beste manier van staan, bukken, tillen, dragen en autorijden. In het daaropvolgende jaar heeft Faas maandelijks het effect van de drie verschillende aanpakken gemeten. O o k ging hij na of de patiënten die oefeningen hadden geleerd, daarmee de last konden verlichten als de rugpijn terugkwam. Via maandelijkse enquêtes kreeg Faas van de patiënt informatie over ziekteverzuim, hoe vaak men de huisarts bezocht en de functionele gezondheidstoestand. Dat laatste deed hij door vragen te stellen over bijvoorbeeld pijn, slaapproblemen, mobihteitsverHes en emotionele problemen.

Verzuim Placebo In 1987 startte Faas een onderzoek, waarop hij onlangs aan de Vrije U n i versiteit promoveerde, om aan te tonen dat dat mooie idee werkte. D e resultaten van het onderzoek stroken echter totaal niet met de verwachtingen van de onderzoeker. Veertig huisartsen en vierentwintig fysiotherapeuten verspreid over N e derland werkten mee aan het onderzoek. Faas selecteerde 473 patiënten met acute lage rugpijn. Mensen met

7EiF OVER rugpijn veroorzaakt door een hernia of door een reumatische aandoening werden uitgesloten. Alle patiënten kregen standaardvoorlichting door de huisarts en pijnstillers. Daarna werden ze in drie groepen verdeeld. D e eerste groep kreeg niets meer dan de basiszorg van de huisarts, de voorHchting en de pijnstillers naar behoefte, en ging daarna gewoon naar huis. De tweede groep patiënten kreeg tien keer twintig minuten ultrageluid toegediend, in een zo lage dosis dat daar geen effect vanuit kon gaan. Deze placebotherapie presenteerde de fysiotherapeut als pijn-

Faas komt in zijn proefschrift tot de verbazende conclusie dat oefentherapie als behandelwijze van acute lage rugpijn niet zinvol is, ook niet in preventieve zin. Hij vond bovendien aanwijzingen voor meer en langer werkverzuim in de oefentherapiegroep, vooral in de periode waarin de instructie door de oefentherapeut plaatsvond. Daarna voelden de patiënten die de oefeningen leerden zich wel even beter, maar de oefeningen hielpen niet als de rugpijn opnieuw de kop op stak. Een verschil met veel eerder verricht onderzoek is de vergelijking met de placebogroep. Veel effectiviteitsonderzoek in de fysiotherapie gebeurt zonder placebotherapie, volgens Faas

een van de redenen "waarom zo veel onderzoek op dit terrein van zo'n matige kwaliteit is. In de placebogroep behandelden fysiotherapeuten de patiënt met ultrageluidsapparatuur in de laagste stand, zodat geen sprake was van een warmtegevend effect. "Het bleek dat patiënten heel tevreden waren en om een herhaling van de behandehng vroegen. Wij konden geen enkel verschil tussen de placebo- en de oefentherapiegroep vinden. Dat betekent dat oefentherapie voor deze patiënten niks meer oplevert dan aandacht."

Omgaan met pijn Juist die aandacht zou een verklaring kunnen zijn voor een 'ongunstig effect' dat oefentherapie blijkt te hebben: de patiënten die oefentherapie kregen, meldden zich vaker ziek. In de oefentherapiegroep was ongeveer tien procent meer ziekteverzuim dan in de andere twee groepen; geen groot verschil, maar toch. Een m o gelijke verklaring is volgens Faas dat patiënten heel intensief met de oefeningen en hun rugklachten bezig zijn geweest en vonden dat ze maar eens goed zorg aan hun rug moesten besteden. Waarschijnlijk als gevolg daarvan meldden ze zich vaker ziek dan de leden van de twee andere groepen. Niet leuk voor de werkgever, en volgens Faas ook niet goed voor de patiënt.

Dr. A. Faas: "Doorgaan met het behandelen van deze rugklachten sterkt de patiënt In het gevoel dat hij het niet zelf kan oplossen."

35 v u MAGAZINE FEBRUARI 1993

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's

VU Magazine 1993 - pagina 81

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1993

VU-Magazine | 484 Pagina's