VU Magazine 1994 - pagina 341

dr. A.S. Van der Woude: "Het duurde inderdaad veel te lang voor de inhoud van sommige rollen openbaar is gemaakt, maar dat heeft niets te maken met duistere zaken."

Intussen zochten Bedoeïenen en wetenschappelijk onderzoekers in de woestijn naar andere rollen. Ze vonden nog eens tien grotten met manuscripten. De vondsten kwamen terecht in het Rockefeller Museum in Oost-Jeruzalem, dat net als Qumran sinds de deling van Palestina in 1948 in Jordaanse handen was. De Bedoeïenen schroefden de prijs voor hun vondsten steeds verder op en het Rockefeller Museum raakte in financiële problemen. O m te voorkomen dat de rollen in verkeerde handen zouden vallen, verkocht het museum het recht op bewerking en publikatie van een aantal rollen aan wetenschappelijke instellingen in Europa en de Verenigde Staten. De wetenschappers brachten de teksten traag en mondjesmaat naar buiten. Het duurde tot ver in de jaren tachtig voor de laatste openbaar werden en dat gaf aanleiding tot allerlei fantastische geruchten. De rollen zouden gegevens bevatten die een bedreiging vormen voor Jodendom of Christendom, ze zouden door kerkelijke autoriteiten achtergehouden of zelfs gemanipuleerd zijn.

Achter die duistere activiteiten zouden weer complotten van het Vaticaan en het Joodse rabbinaat schuilgaan.

Bijbaantje De Groninger emeritus hoogleraar dr. A.S. Van der Woude deed jarenlang onderzoek naar de rollen en werkt nu aan een Nederlanc^e vertaling. Hij verwijst alle geluchten vlot naar het rijk der fabelen. "Het duurde inderdaad veel te lang voor 4f -.tiiihoud van sommige rollen ojIentAar is gemaakt", gceit hy toe, "maar dat heeft niets te maken met dtüstere zaken." Eén van de instellingen die het recht ;Op bewerking en, openbaarmaking van een deel van de I )odc-Zeerollen kocht, was de Koninklijke Nederlandse Akademre .van Wetenschap» pen. De ^ a c r e n ü e verwierf in 1961 voor f 10f).'(Jf)0.- de rechten op het merendeel vaia de ^'ondsten uit,.g^t 11. Van der Wonde, die theologie en Semitische lalen tot vakgebied heeft, kreeg same^,.^^^ ni&ë\^iji^% Nijrrteegse collega J.P.M. van der Ploeg het ver-

zoek de teksten te bewerken en te publiceren. In Groningen gebeurde dat binnen een speciaal opgericht Qumran-instituut. In de volgende jaren werkten de Nederlandse onderzoekers aan de analyse. Geen eenvoudige klus, want het ging niet om keurige boekwerken, maar om beschadigde, moeilijk leesbare teksten en tekstfragmenten, geschreven in een taal die ruimte biedt voor velerlei interpretaties. "Dat duurde wel even een dagje", zegt Van der Woude ironisch. Het was bovendien werk dat de onderzoekers uit Groningen en Nijmegen min of meer als een bijbaantje naast hun universitaire taken moesten verrichten. In tien jaren lukte het om het merendeel van de vondsten uit grot 11 te publiceren. De Spanjaard Florentine Garcia Martinez begon in 1980 als medewerker van Van der Woude. Hij is inmiddels verantwoordelijk voor de uitgave van de Dode-ZeeroUen in het Spaans, Engels, Italiaans en Portugees. Een bescheiden man, die aarzelend de veertien talen opnoemt waarin hij zich behoorlijk kan redden: Spaans,

31

v u MAGAZINE SEPTEMBER 199^

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen