Uit de diepte - pagina 202

196 die de

menschen maar achten

als

biezeknoopen, het ware mij

winste, indien myn assche kon uitroepen de waardigheid, voortreffelijkheid en liefde van mijnen Heere Jezus!" wil, wordt gereinigd." Zietdaar, mijne hoorders, het koninkwoord van den eeuwigen Hoogepriester over elkeen zijner geredden. Hebt gij ook dat woord, als tot u gericht, gehoord, medezondaars? Of weet gij nog niet, dat gij onder het wettelijk vonnis der onreinheid ligt? Dat wil niet zeggen, of gij niet erkent, dat gij zondaren en zondaressen zijt? Maar of gij vernomen hebt, dat de wet u uitgestooten heeft, zoodat gij thans balling zijt? Of gij weet, dat gij van nature verloren door uw eigene schuld? Of uwe zonden u al ontrust zijt hebben? »Hoeveleu zijn er," zegt een oude vrome, » die beweren, dat zij vergeving hebben ontvangen, zonder dat zij nog ooit éen bangen nacht hebben gehad." Zoo dit woord op u van toepassing is, laat dan af van uw zelfbedrog, want is het al vreeselijk, hier rampzalig te zijn, nog ontzettender zal het wezen, in deu dag der eeuwigheid bedrogen uit te komen. Medezondaavs, » haast u om uws levens wil," is eene vermaning

>Ik

lijke

der Heilige Schrifture. Verstaat gij haar? o. Buigt u dan voor deu bidt, dat Hij u verbrij zele en geneze, vernietige en heele. Zaligend is alleen de reiniging van Jezus Christus, den Hoogepriester, die spreekt: »Ik wil," een woord, dat tegelijk een schild is, waarmee Hij de zijnen dekt. o. Zegt is er nog een andere roem voor u dan ons, kinderen Gods

Heere God en

!

gezegd: »Ik wil, word tot de wet zeggen: »Hier ben ik, wat is nu uw oordeel?" »Daar is geene verdoemenis voor degenen die in Christus Jezus zijn, die niet meer naar het vleesch wandelen, maar naar den geest." Zoo verheerlijkt dan uw God en Zaligmaker, kinderen Gods, wiens bloed u reinigt van alle zonden. Amen. deze in Jezus: »Hij heeft tot mij

gereinigd"?

Ziet,

nu kunt

gij

,

Zoo

Gij

in

't

recht wilt treden,

O

Heer! en gadeslaan Onze ongerechtigheden; Ach! wie zal dan bestaan? Maar neen, daar is vergevhig Altijd bij U geweest; Dies wordt Gij, Heer! met beving,

Recht

kinderlijk gevreesd.

Psalm 130

:

2.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen