Uit de diepte - pagina 112

!

looft verheugd den Heer der heeren Aanbidt zijn naam en wilt Hem eeren; Doet zijne glorierijke daan Alom den volkeren verstaan En spreekt met aandacht en ontzag Van zijne wondren dag aan dag

Looft

,

',

,

Juicht elk

om

strijd,

met

blijde

galmen;

Zingt, zingt den Hoogste vreugdepsalmen;

Beroemt u

in zijn heilgen

naam!

Hem

zoeken nu tezaam Hun hart vereenen tot zijn eer En zich verblijden in den Heer.

Dat die

Psalm 105

:

1

en

2.

Geliefde hoorders! Het hart dergenen, die den Heere zoeken, verblijde zich, is de opwekking, v?elke in Ps. 105 : 3 tot ons komt. Wel betaamt het der gemeente van Christus, met zyn dierbaar bloed gekocht en verlost, zich op dezen dag te verblijden, te verblijden in den Heere. Immers, de dag van het Pinksterfeest is vpeer aangebroken; en zoo worden we opnieuw herinnerd aan Israels dure roeping, om bij het einde van den graanoogst den God zyner goedertierenheid en weldadigheid een dankoffer, bestaande in een nieuw spijsoffer van de ingeoogste tarwe, te brengen. En zouden wij niet dezelfde

roeping hebben als Israël bij het genot van alle tijdezegeningen uit de hand van een God, die zijn goeden schat, den hemel, over ons opendoet en ons verzadigt met het vette der tarwe? Zonder twijfel! Echter, grooter, onuitsprekelijk grooter dan alle tijdelijke gaven is de gave des Heiligen Geestes en zijne inwoning in de harten van onreine en doodschuldige zondaren en zondaressen. Ach, wij zijn van nature ondankbaren en boozen en als dezulken moeten wij

dure lijke

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen