Het keerpunt in de jongste geschiedenis van kerk en staat - pagina 107

!

HET PLAN DE CAMPAGNE,

De

was

„Broederkring''

in

gezet

den

vau den Kerkeraad, en

stoel

die ambtshalve

Vergadering van Predikanten,

x

genihüeerd

doenlijk,

veel

De

geworden.

van een samenzweerders-klub,

terwijl

aan den Chef

alle

betoond moest worden, ofschoon schijnbaar meer vrijheid

van den tweeden gelaten werd, dan die er buiten stonden,

nen

onmogelijk

was schier

heid

ook

geregeld

de

en

weg,

;

De

te zijn.

van

Kiescollegie,

Inzonderheid

Nog

missie.

de oprichting

Wie vau

er geadviseerd,

tot de taktiek

dege-

water

waakzaam-

;

oudste ambtgenooten bleven dan

zij

nog op de

spraken, aan eene doovemansdeur,

Commissies waren zooveel mogelijk gezuiverd,

het

^ ),

van de instrumenten der orgeltrappers.

niet zelden ouder het geraas

Alle

die

gehoorzaamheid bij

enkele, die zich uit de jongste serie

vergadering lieten vinden, klopten, als

en

is

heerschte onder hen een gevoel van aan

er

voeten gebonden

en

die van den eersten

Overrompeling behoorde

besloten zou worden ?

was, zoO'

maar toch Kerkeraadsleden waren, kon vermoe-

van den Kerkeraad gebracht, wat

den, wat ter tafel

handen

bij

zijn,

van dien Kring

inrichting

De

van de Ge-

tot de leiding

meente en dus ook van de Kerkeraadshandelingeu geroepen

89

allen die

men dacht

gelijk de

Kerkeraad

dat niet zouden medegaau.

moest die zuivering toegepast worden op de Kerkelijke Comenkele zat daarin, van wien

een

maar dien men

men andere dingen

vreesde,

uit geldelijke speculatiezucht nog niet had durven uitstooten,

zooals de Heeren

H. V.

Hogerzeil, N. J.

vanLimmik

Jr. en J. Ph. Meijnink.

Er waren uitsluitend Predikanten beroepen, van wie men zekerheid meende te

hebben dat ze de oproer vaan zouden volgen, ja dat ze de Gemeente van juk

het

van de bergen,

Men

zouden.

bevfijden niet

van

Hem

Ik had in de Eilandskerh tigd.

verwachtte

het

die daarboven troont. o.

a.

den heer

J, C.

van de heuvelen en

heil

Eén

Jaakke

Ds. Kraijenbelt had de beroeping aangenomen.

den dienst had het volgende gesprek tusschen hem en mij

Na

staaltje als

Diaken beves-

het eindigen van

in de Kosterij plaats

:

„Hij: Zoo krijgen wij dan Ds. Kraijenbelt? voor zulk eene veel kracht vereischende Gemeente.

Wel wat oud

„Ik:

„Hy : Zeg geen kwaad van Vader Kraijenbelt; Ik zeg volstrekt geen kwaad van collega „Ih :

zeker

u:

hij

zal

u evenmin verlossen,

Ds. Koopman, of wien

gij

als

ambtgenooten,

l)

Vgl.

Beraad

Waaro?n

vindt

men

tachtig in

maar

ik ver-

daarvoor dan ook beroepen hebt. Gij verloochent

van

I\

Kraijenbelt,

Dr. Kuyper, Dr. van Konkel,

alzoo den eenigen Verlosser, die Zijne eer aan

Alle

die zal ons verlossen.

men zulk

wien

niemand eene

verwachting

erke raadsleden enz. geschorst? bl, 2i

De Heraut

van

1

December 1872.

geeft."

had, wer-

en 35. Het

Regl. v.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen