Locus de Consummatione Saeculi - pagina 760

428 College-dictaat van een der studenten (Dogmatiek).

Er zijn namelijk vele lieden, die daarom alleen van Öervets brandstapel gruwen, omdat het zoo wreed, zoo akelig is iemand van het leven te berooven. En daarvan nu zegt de heer Van Velzen onder onze volle instemming, dat hij voor dit argument geen oogenblik uit den weg gaat. Indien men het door alle eeuwen, in alle landen billijk en naar recht heeft gevonden, dat een moordenaar onthalsd worde, wat ter wereld zou er dan tegen zijn, om een onverlaat, die tegen de hooge majesteit van het eeuwige Wezen durft spreken, desnoods op staanden voet, het zwaard door den strot te steken en te doen verstommen. Verder wordt tegenover Van Velzen aangetoond, dat het niet aangaat in deze quaestie, om zich uit de moeielijkheid te redden, door te zeggen „Doodstraf niet dan in het aller-alleruiterste, ja, zoo het uiterste geval, dat het geval nooit voorkomt", maar dat de eenige beslissende vraag is Wat wil de Heilige Schriftuur? De j%rgang 188-4 N*'. 315—332 (6 Jan.— 4 Mei) bevat eene reeks artikelen :

:

over deze vraag: „Machtigt de Heilige Schrift onze Overheid om strafrechtelijk op te treden in zaken des geloofs?", waarin wordt uiteengezet, wat naar de analogia fidei te dezen opzichte de van Godswege in zijn Heilige Schriftuur gestelde eisch is. N". 333 bevat ten slotte nog een ingekomen schrijven van den heer Van Velzen. 2. Deze geheele quaestie wordt verder ook principieel uiteengezet in een

reeks artikelen van „de .S/fmrZaard" onder het opschrift

660-680 2ö Mei -18 Juni

.V*'.

In

aansluiting

:

Is dwaling strafbaar?

1874.

nu aan het voorafgaande zullen we daarom

hier alleen het

algemeene standpunt aangeven.

Het algemeene standpunt 1.

dat

men

bij

alle

is:

bespreking

van deze quaestie

te

onderscheiden heeft

tiisschen seductores en seducti.

Ze beroepen zich hiervoor op 2 Tim. 3 vs. 13. 2". Onze vaderen maakten onderscheid tusschen afwijking of bestrijding van de loaarheid van meer en minder ernstige geaardheid. Bit W(\.s dus een gradueel verschil naar gelang het de fundamenten van het geloof, de geheele confessie of een of ander punt in de peripherie van de belijdenis der waarheid raakte. 3. Verder tusschen de lorivatim errantes en degenen, die als sr^Qo8i8a.av.aloi optraden en daarmee hun ketterij dreven, eene onderscheiding, welke ontleend

3. Door middel van deze drie kwamen ze tot de convan de Overheid zich eigenlijk alleen te richten had op de haeresiarchen en op hen, die openlijk Godslastering dreven, en met betrekking tot deze haeresiarchen en blasphematores leerden onze Vaderen, dat de Overheid deze moest coërcere et pleetere. is

aan

clusie,

1

Tim.

6

dat

de

actie

vs.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen