GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 412

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 412

Derde deel

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

ZOND. XXXIII. HOOFDSTUK

414

om in

nog

niet uit.

III.

Zoo wordt op den akker gezaaid, dat het zaad er wel

en hy de profetie van ryken oogst in zich draagt, maar de eerste

is,

dagen althans

de voorbijganger nog niets dan zwarte aarde. Het

ziet

le-

ven schuilt dus na de wedergeboorte wel in de kiem, maar de ontkieming

en slechts in zooverre

nog,

toeft

de wedergeboorte aangedaan,

de

wortelvezelen

het dus

ook onze wil en ons verstand door

ook van dien wil en van dat verstand

als

kiem van ons leven besloten

in deze

dat aan een wedergeborene

zijn,

bespeuren

is

van wat er

is

hem

in

Zoo kan

liggen.

soms lange dagen nog

niets te

plaats greep; ja, dat hy zelf er

nog niet

r-

het geringste van ontwaarde, en alzoo nog onbezonnen, geheel als een kind

!

der

wereld

voortleeft,»' terwijl

hem

eeuwig in

Over het

dit

zijn,

stemt ge

blijven,

moet ge u

in

Er

verwonderen.

niet

hierbij

ook kleine wichtjes, die

toe,

Ook deze waren

gaan.

om

is,

dat iemand zelf nog lange dagen van zijn eigen weder-

feit,

onkundig kan

geboorte

hem

toch het zaad Gods reeds in

te blijven.

de wieg ten hemel in-

uit

zonde ontvangen en geboren.

Ook

zij

konden

zonder wedergeboorte niet leven. Ook in hen greep dus de wedergeboorte reeds in de wieg plaats. hier

Van Johannes den Dooper

van.

niets

En toch wisten deze

van zyns moeders

lijf

schoot

lezen

we

dat

zelfs,

dat ook de kleine Johannes toen

zelf,

zenden

duizenden loopen hun leven lang

bij

als

een

jong

kind,

waaruit later

een

man

Dui-

zijn.

te

hebben.

van genie en talent

zal

opgroeien,

school de kiem van dit genie en dit talent reeds van zijn ge-

boorte

zonder

af,

vermoedde.

dagen lang kelijk

het

Zelfs in

kunnen we de kiem van

toekomen,

en ons eerst

uit deze

we

nu kan

in

we

hiervan aanvan-

nog veel sterker zin

hierbij

zoo volsterkt

wedergeboorte zelve de vatbaarheid moet

om te verstaan wat wedergeboorte is. Werkte de mensch zelf m de

wedergeboorte mede, zoo zou niet

dit

de wedergeboorte, juist omdat

het minste

besmettende ziekte

allerlei

ons eigen bloed omdragen, zonder dat

bij

maar

dat het jonge kind zelf hiervan ook

ook maar het minste bespeuren. En

geval zijn

lijdelijk zijn

(

op

dood in zonden en mis-

daden rond, zonder van hun eigen dood de minste kennisse In

hij

hiervan geen de minste kennis droeg. Doch ook

lag,

de zaak zelve kan voor wie even doordenkt, niet raadselachtig

„.

reeds

hij

met den Heiligen Geest vervuld en dus wederge-

boren was, en toch voelt ge Elisabeths

kleine wichtjes in de wieg

medewerkt, en God

dit

wie^zoozyn. Maar nu

hij zelf

de Heere in de wedergeboorte de eenige

er geen enkele reden denkbaar,

waarom

de mensch zelf

dit

hoegenaamd

Werker

is, is

terstond ontwaren

Immers op de wedergeboorte volgt nog pas de innerlijke en de uiterlyke roeping, daarop de geloofsontwaking, en zoo eerst komt het tot bekeering. zou.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's

E voto Dordraceno : toelichting op den Heidelbergschen Catechismus - pagina 412

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1892

Abraham Kuyper Collection | 631 Pagina's